Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Goedemorgen T11/T12
Gezellig dat je er bent!
Je neemt voor je:
Je boek
Je iPad (deze is dicht)
Slide 1 - Diapositive
Deze les leren we:
- Hoe je het tegenwoordig deelwoord spelt.
- Hoe je de trappen van vergelijking gebruikt.
Slide 2 - Diapositive
Planning:
- Socrative quiz over werkwoordspelling (15 minuten)
-uitleg (15 minuten)
- aan het werk (15 minuten)
-Nieuwsquizzzzz (10 minuten)
Slide 3 - Diapositive
Hoe vorm je een tegenwoordig deelwoord?
Slide 4 - Carte mentale
een (treuren) meisje
Slide 5 - Question ouverte
Hoe spel je het tegenwoordig deelwoord?
A
persoonsvorm + d
B
infinitief + d
C
voltooid deelwoord + d
D
werkwoordelijk gezegde + d
Slide 6 - Quiz
een (luieren) mannetje
Slide 7 - Question ouverte
Er zijn drie trappen van vergelijking: de stellende trap, de vergrotende trap en de overtreffende trap.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Vidéo
Trappen van vergelijking
Slide 10 - Diapositive
Hieronder staan trappen van vergelijking. Vul elke trap van vergelijking aan. 1 … - bozer - … 2 goed - … - …
A
boos, boost, goeder, goedst
B
boos, boost, beste, best
C
boos, boost, beter, best
D
boos, boost, beter, goedst
Slide 11 - Quiz
QUIZ maken
Maak in een tweetal een kahootquiz met vragen over het tegenwoordig deelwoord of over de trappen van vergelijking. Minimaal 5 vragen. Hier mag je vanmiddag op het leerplein aan werken. Volgende les bekijken en maken we de quiz.