rekenen met % deel 1

Rekenen met %
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
Economie & OndernemenMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Rekenen met %

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Jij gaat zelf aan de slag om met % te rekenen met een verhoudingstabel. 
  • Vraag aan je docent een papier met verhoudingstabellen.
  • Pak een pen
  • Pak je rekenmachine 

Slide 3 - Diapositive

De oude prijs van een fiets is €125. Je krijgt 25% korting. Hoeveel € is je korting?

Slide 4 - Question ouverte

De oude prijs van een fiets is €125. Je krijgt 25% korting. Hoeveel % moet je betalen?

Slide 5 - Question ouverte

De oude prijs van een fiets is €125. Je krijgt 25% korting. Hoeveel € moet je betalen?

Slide 6 - Question ouverte

Van een paar sneakers is de oude prijs €360. Je krijgt nu 15% korting. Hoeveel € korting krijg je?

Slide 7 - Question ouverte

Van een paar sneakers is de oude prijs €360. Je krijgt nu 15% korting. Wat betaal je?

Slide 8 - Question ouverte

De oude prijs van een jeans is €110. Je krijgt 21% korting. Wat moet je betalen?

Slide 9 - Question ouverte

De oude prijs van een t-shirt is €12,50. je krijgt 53% korting. Hoeveel € korting krijg je?

Slide 10 - Question ouverte

Hoeveel is 21% van € 360?

Slide 11 - Question ouverte

Hoeveel is 32% van
€ 185?

Slide 12 - Question ouverte

Hoeveel is 76% van € 395?

Slide 13 - Question ouverte

Hoeveel is 19% van €8,50

Slide 14 - Question ouverte

Hoeveel is 7,5% van €210

Slide 15 - Question ouverte

Hoeveel is 8,1% als 74% €1050 is?

Slide 16 - Question ouverte

Hoeveel is 0,5 % als 50% €1500 is

Slide 17 - Question ouverte

Jan heeft €745 spaargeld. Hij zet het op een spaarrekening en krijgt 1,2% rente van de bank. Hoeveel € aan rente heeft hij na een jaar verdiend?

Slide 18 - Question ouverte

Chris heeft €950 spaargeld. Hij zet het op een spaarrekening en krijgt 3,5 % rente van de bank. Hoeveel geld heeft Chris na een jaar in totaal?

Slide 19 - Question ouverte

Max sluit een lening af bij de bank. Hij krijgt van de bank €5000. Hij moet wel 5,25% rente betalen. Hoeveel rente moet Max betalen?

Slide 20 - Question ouverte