Thema 3, les 5 - Proeftoets H/V

Lieke slaat met haar tennisracket tegen de bal. Hoe kun je het effect van de kracht zien?
A
De snelheid van de bal verandert.
B
De richting waarin de bal beweegt, verandert.
C
De bal deukt in als Lieke's tennisracket de bal raakt.
D
Alle antwoorden die hiervoor zijn genoemd, zijn juist.
1 / 21
suivant
Slide 1: Quiz
Mens & NatuurMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs.

Éléments de cette leçon

Lieke slaat met haar tennisracket tegen de bal. Hoe kun je het effect van de kracht zien?
A
De snelheid van de bal verandert.
B
De richting waarin de bal beweegt, verandert.
C
De bal deukt in als Lieke's tennisracket de bal raakt.
D
Alle antwoorden die hiervoor zijn genoemd, zijn juist.

Slide 1 - Quiz

In rust is de zwaartekracht gelijk aan het gewicht
A
Waar
B
Niet waar

Slide 2 - Quiz

Met welke formule kun je de zwaartekracht berekenen?
A
Fz= g : massa (kg)
B
Fz = massa (kg) x g
C
Fz = massa (kg) : 10
D
Fz = massa (kg) x 10

Slide 3 - Quiz

Je kunt de zwaartekracht op aarde uitrekenen als je de massa van een voorwerp weet.
A
waar
B
niet waar

Slide 4 - Quiz

"Fz" staat voor:
A
zwaartekracht
B
veerkracht

Slide 5 - Quiz

Het aangrijpingspunt is......
A
het punt waar de kracht wordt uitgeoefend
B
het eindpunt van de kracht

Slide 6 - Quiz


De wip beweegt niet.
Is er evenwicht?
A
ja
B
nee

Slide 7 - Quiz

opgave Bereken het evenwicht in het plaatje
F1 x L1 = F2 x L2

Slide 8 - Question ouverte

Waaraan voldoet een hefboom?
A
draaipunt, richting en grootte
B
draaipunt, korte arm en aangrijpingspunt
C
draaipunt, lange arm en korte arm
D
aangrijpingspunt, richting en lange arm

Slide 9 - Quiz

Wat is de verhouding?
A
1 cm = 5 Newton
B
2 cm = 50 Newton
C
1 cm = 100 Newton
D
1 cm = 10 Newton

Slide 10 - Quiz

beschrijf de hefboomregel

Slide 11 - Question ouverte

"Fs" staat voor:
A
zwaartekracht
B
normaalkracht
C
elektrische kracht
D
spankracht

Slide 12 - Quiz

Een voorwerp staat op een tafel. Wat is de tegengestelde kracht van Fz?
A
wrijvingskracht
B
normaalkracht
C
elektrische kracht
D
spankracht

Slide 13 - Quiz

Wat zijn de gevolgen van een kracht?

Slide 14 - Question ouverte

Wat zijn de drie eigenschappen van een krachtenpijl?

Slide 15 - Question ouverte

Links wint omdat hij met een grotere kracht trekt.
Wat is de netto kracht naar links?
A
40 Newton
B
50 Newton
C
60 Newton
D
100 Newton

Slide 16 - Quiz

De bank heeft een massa van 70 kg.
Hoe groot is de zwaartekracht?
A
700 Newton
B
7000 Newton
C
70 Newton
D
70000 Newton

Slide 17 - Quiz

Wat wordt hier aangegeven?
A
het massamiddelpunt
B
het massapunt

Slide 18 - Quiz

Wat is de eenheid van Kracht?
A
N (Newton)
B
F
C
massa
D
n (newton)

Slide 19 - Quiz

Wat is het voordeel van een vaste katrol?

Slide 20 - Question ouverte

Wat is het voordeel van een losse katrol?

Slide 21 - Question ouverte