MTH BLOK 2 WEEK 2 Otoscopie Fluisterspraak Stemvorktest Oren uitspuiten

MTH 
BLOK 2 
WEEK 2
Otoscopie
Fluisterspraak
Stemvorktest
Oren uitspuiten


1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
MthMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

MTH 
BLOK 2 
WEEK 2
Otoscopie
Fluisterspraak
Stemvorktest
Oren uitspuiten


Slide 1 - Diapositive

Lesplanning
.
Lesplanning:

1. Leerdoelen

2. Nieuwe lesstof
3. Opdracht
4. Terugblikken

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen

In deze les werk je aan de volgende leerdoel.


1. Na afloop van de les heb je kennis van de anatomie van het oor.

2. Na afloop van de les begrijp je de functie van een otoscopie en ben je in staat deze toe te passen.

3. Aan het einde van de les kun je in je eigen woorden uitleggen wat het onderscheid is tussen fluisterspraak en een stemvork.

4. Aan het einde van de les ben je bekend met het proces van oren uitspuiten en kun je de patiënt voorzien van instructies en advies.


Slide 3 - Diapositive

Anatomie van het oor
Bouw en functie: herhaling anatomie​

Geleidingsdoofheid​ = treedt op wanneer geluid niet goed wordt overgedragen van het buitenoor naar het middenoor en verder. Het kan veroorzaakt worden door problemen in de gehoorgang of het middenoor, zoals oorontstekingen of problemen met het trommelvlies.

Perceptiedoofheid 
ontstaat wanneer er schade is aan de haarcellen in het binnenoor of aan de gehoorzenuw. Dit type doofheid beïnvloedt vaak het vermogen om bepaalde frequenties of geluidsniveaus waar te nemen

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Waardoor kan geleidingsdoofheid worden veroorzaakt?
A
Problemen met het binnenoor.
B
Schade aan de haarcellen in het binnenoor.
C
Oorontstekingen of problemen met het trommelvlies.
D
Problemen met het trommelvlies.

Slide 6 - Quiz

Wat is het kenmerkende voor perceptiedoofheid?
A
Problemen met het binnenoor.
B
Schade aan de haarcellen in het binnenoor.
C
Oorontstekingen of problemen met het trommelvlies.
D
Problemen met het trommelvlies.

Slide 7 - Quiz

Otoscopie
Otoscopie is het bekijken van de uitwendige gehoorgang en het trommelvlies met behulp van een otoscoop.

Slide 8 - Diapositive

Wat zie je door een otoscoop?
,

Slide 9 - Diapositive

Fluisterspraak
Als er geen audiometer in de praktijk is, kan men de fluisterspraaktest uitvoeren.
Een afwijkende fluisterspraaktest is gelijk aan een gemiddeld gehoorverlies van ongeveer 30 dB of meer.
Er is sprake van een afwijkende uitslag als meer dan 4 van de 6 woorden of letter en cijfercombinaties niet foutloos worden nagezegd.
Een nadeel van de fluisterspraaktest is dat deze geen inzicht geeft in het gehoorverlies per toonhoogte. Als de fluisterspraaktest afwijkend is, dient alsnog een audiogram gemaakt te worden.

Slide 10 - Diapositive

Wanneer wordt de fluisterspraaktest als afwijkend beschouwd?
A
Als het gehoorverlies per toonhoogte meer dan 30 dB is.
B
Als het wordt uitgevoerd zonder audiometer.
C
Als meer dan 4 van de 6 woorden of letter- en cijfercombinaties foutloos worden nagezegd.
D
Als het vereist dat alle woorden foutloos worden nagezegd.

Slide 11 - Quiz

Stemvorktest
Bij deze test worden de lucht- en beengeleiding voor ieder oor afzonderlijk beoordeeld. De trillende stemvork wordt eerst op het rotsbeen achter het oor geplaatst en zodra het geluid niet meer wordt waargenomen via het rotsbeen wordt de stemvork naast het oor gehouden.
Normaal gesproken wordt het geluid veel langer gehoord wanneer de stemvork naast het oor wordt gehouden dan wanneer deze op het rotsbeen is geplaatst, omdat luchtgeleiding beter verloopt dan beengeleiding. Als dit inderdaad het geval is, spreken we van een positieve uitslag.
Als het geluid langer wordt gehoord wanneer de vork tegen het rotsbeen wordt gehouden, kan dit duiden op luchtgeleidingsverlies. Dan spreken we van een negatieve uitslag.

Slide 12 - Diapositive

Stemvorktest in de praktijk

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

fluisterspraak en stemvork.
Fluisterspraak is een gehoortest waarbij de persoon die wordt getest, fluisterend bepaalde woorden of zinnen herhaalt. Deze test wordt vaak gebruikt om te beoordelen hoe goed iemand zachte geluiden kan horen en begrijpen.

Een stemvork is een metalen instrument dat wordt gebruikt om geluidsgolven te produceren.  Door de trillingen van de stemvork op verschillende plaatsen in de buurt van het oor te plaatsen, kan men informatie verkrijgen over het type gehoorverlies (geleiding of perceptie).

Slide 15 - Diapositive

Oren uitspuiten
Doel: Overtollig cerumen verwijderen uit het oor

Cerumen bestaat uit talg, huidschilfers en vuil

Oorsmeer is een nuttig product wat de gehoorgang zelf produceert, het houdt de gehoorgang soepel en schoon!

Slide 16 - Diapositive

Oorzaken overtollig cerumen:
Ouderdom;
 Peuteren in de gehoorgang;
Terugduwen van cerumen door de gehoorgang schoon te maken met een wattenstokje;
Afwijkende bouw van de gehoorgang;
Overmatige haargroei in de gehoorgang;
Bepaalde aandoeningen, zoals eczeem of diabetes.

Slide 17 - Diapositive

Voorafgaande aan de handeling:
Het is verstandig als de patiënt 3 dagen van te voren, 2 maal daags de oren druppelt met olie of water.

Dit zorgt er voor dat de prop wat los komt en makkelijker is te verwijderen.
Voordat je gaat oren uitspuiten, dien je hier ook altijd naar te vragen!!!!!

Slide 18 - Diapositive

Uitvoeren:
1. Tijdens het uitvoeren is het belangrijk dat de patiënt zit, i.v.m. duizeligheid;
2. Gebruik lauwwarm water (37 graden Celsius)
3. Nooit direct op het trommelvlies spuiten!
4. Maximaal 3 keer achter elkaar spuiten! Niet gelukt? Laat de patiënt nogmaals 3 dagen druppelen en probeer dan opnieuw!
5. Niet uitspuiten bij (contra-indicatie): trommelvliesperforatie, trommelvliesbuisjes, oorpijn en otitis externa.

Slide 19 - Diapositive

Nazorg
- Is de patiënt op de fiets? En is het koud? Biedt dan een watje aan!

- Let op duizeligheid. Laat de patiënt eventueel nog wat langer zitten!

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Wat is cerumen?
A
Een medicijn voor oorinfecties
B
Talg, huidschilfers en vuil
C
Een onderdeel van het trommelvlies
D
Vloeistof die de gehoorgang smeert

Slide 22 - Quiz

Waarom is oorsmeer nuttig?
A
Het dient als gehoorbescherming
B
Het stimuleert de groei van haar in de gehoorgang
C
Het houdt de gehoorgang soepel en schoon
D
Het voorkomt de vorming van oorinfecties

Slide 23 - Quiz

Wat is de voornaamste reden om overtollig cerumen uit het oor te verwijderen?
A
Verbeteren van het zicht op het trommelvlies
B
Voorkomen van gehoorverlies
C
Stimuleren van oorsmeerproductie
D
Bevorderen van de haargroei in de gehoorgang.

Slide 24 - Quiz

Wat wordt afgeraden bij het uitspuiten van oren
A
Staande positie van de patiënt.
B
Gebruik van heet water.
C
Direct op het trommelvlies spuiten.
D
Uitspuiten bij trommelvliesperforatie, trommelvliesbuisjes, oorpijn en otitis externa.

Slide 25 - Quiz

opdracht 

Slide 26 - Diapositive

Wat is het verschil tussen fluisterspraak en een stemvork.

Slide 27 - Carte mentale

Terugblikken 
leerdoelen 

1. Na afloop van de les heb je kennis van de anatomie van het oor.
2. Na afloop van de les begrijp je de functie van een otoscopie en ben je in staat deze toe te passen.
3. Aan het einde van de les kun je in je eigen woorden uitleggen wat het onderscheid is tussen fluisterspraak en een stemvork.
4. Aan het einde van de les ben je bekend met het proces van oren uitspuiten en kun je de patiënt voorzien van instructies en advies.

Slide 28 - Diapositive