week 20 mei A2E

1 / 42
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Palais Bourbon
Het gebouw van het Franse Lagerhuis, de Assemblée National, staat aan de Seine tegenover de Place de la Concorde. 

Slide 3 - Diapositive

Venus de Milo
Louvre

wordt beschouwd als een symbool van 
eeuwige schoonheid

Slide 4 - Diapositive

Palais Bourbon
Zes sculpturen, ontworpen door kunstenaar Laurent Perbos beelden Olympisme uit om sport en kunst te vieren

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

La Vénus retrouve ses bras
 six disciplines sportives: 
Le tennis, le surf, le para tir à l'arc (paraboogschieten), le basketball, la boxe et le lancer de javelot (speerwerpen)


Slide 8 - Diapositive

Six statues
Elles « montrent l'inclusivité, une valeur importante de l'olympisme, avec des couleurs qui symbolisent l'égalité et le respect pour tous » (violet, jaune, bleu, orange, vert et rouge). 

En plus, « symbole de la féminité, la Vénus est contre l'idée que le sport est souvent associé aux hommes », selon l'Assemblée.

Slide 9 - Diapositive

  • les devoirs (apprendres 1, 2, 4, 6) - blooket
  • les devoirs - voorkeurswerkwoorden
  • werkwoorden -re
Le but: à la fin de ce cours:
  • heb je geoefend met woordjes en de grammatica
  • heb je zelfstandig gewerkt aan de voorbereiding van de eindtoets van unité 6

Slide 10 - Diapositive

week 22/4
intro, lezen, signaalwoorden
apprendre 1 en 2
vakantie
2 weken
week 13/5
signaalwoorden, aimer, adorer, etc.
invaluur lezen
apprendre 4 
week 20/5
lezen
werkwoorden -re
apprendre 6
week 27/5
luisteren, imparfait
apprendre 8
week 3/6
luistertoets
1, 2, 4, 6, 8 (F-N)
week 10/6
herhaling toetsstof
1, 2, 4, 6, 8 (N-F)
week 17/6
start toetsweek
zie studieplanner

Slide 11 - Diapositive

Wat hebben jullie onthouden
vocabulaire 

Blooket apprendre 1, 2, 4, 6
2 vwo unité 1,2,4,6 en luistertoets
timer
10:00

Slide 12 - Diapositive

Lidwoorden in het Frans
Wat weet je nog?

le. la, les
du, de la, de l', des - het delend lidwoord
de, d'




Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Aimer, adorer, détester, préférer 
Regel:
Na de vervoeging van 'aimer, adorer, détester, préférer' gebruik je in het Frans le / la / l' / les.

In het Nederlands gebruik je géén lidwoord.

Slide 15 - Diapositive

Aimer, adorer, détester, préférer 
Deze werkwoorden drukken gevoelens uit. 
  + Houden van = aimer 
++ Dol zijn op = adorer 
 -- Een hekel hebben aan = détester 
     Liever hebben = préférer ....


Slide 16 - Diapositive

Voorkeurswerkwoorden
Nakijken blz 109: exercice 16e
blz 135: exercice 16I (A, B, C)

Slide 17 - Diapositive

Les devoirs
Leren apprendre 1, 2,4, 6, 8

Maken: 8b, 8c en 8d blz 18 en 19

Slide 18 - Diapositive

werkwoorden in het Frans
Welke hebben jullie geleerd?

regelmatig versus onregelmatig



Slide 19 - Diapositive

Regelmatige werkwoorden

- regel toepassen 
- veel werkwoorden dezelfde manier 

Werkwoorden eindigend op:
 -er   -re -ir
Onregelmatige werkwoorden

- geen regel toepassen 
- van buiten leren

Bijv. être, avoir, aller, faire, vouloir, 
prendre, mettre

Slide 20 - Diapositive

Regelmatige ww op -er
Veel werkwoorden in het Frans eindigen op -er
Bijvoorbeeld:
  • danser
  • parler 
  • travailler
  • écouter
  • jouer
  • donner
  • aimer

Slide 21 - Diapositive

Regelmatige ww op -re
Veel werkwoorden in het Frans eindigen op -re
Bijvoorbeeld:
  • attendre (wachten)
  • descendre (naar beneden gaan, uitstappen)
  • entendre (horen)
  • répondre (antwoorden)
  • vendre (verkopen)
  • rendre (teruggeven)
blz 16

Slide 22 - Diapositive

Regelmatige werkwoorden -RE
Werkwoorden die eindigen op -RE, bv. vendre
Stap 1:  Stam nemen: VENDRE -> stam VEND -> 
Stap 2: juiste onderwerp + uitgang toevoegen

je vends                     nous vendons
tu vends                     vous vendez
il vend                          ils vendent
blz 16

Slide 23 - Diapositive

Le verbe régulier en -re
1. Stam van het werkwoord [ => -re]
2. Zet de juiste uitgang er achter
voorbeeld: attendre = wachten

uitgangen: s, s, -, ons,
           ez,ent
blz 16

Slide 24 - Diapositive

Passé Composé
De voltooide tijd van een werkwoord op -RE maak je zo:
Stap 1: Stam nemen: VENDRE -> stam VEND 
Stap 2: juiste onderwerp + uitgang U -> VENDU

ik heb verkocht -> j'ai vendu
hij heeft verkocht -> il a vendu
wij hebben verkocht-> nous avons vendu
blz 16

Slide 25 - Diapositive

De passé composé

werkwoorden:
- ER --> é 
- RE -->
De passé composé
(perdre) Il a perdu= hij heeft verloren


Let op! Het voltooid deelwoord van werkwoorden op -re eindigt dus op -u
attendu - entendu - rendu

Slide 26 - Diapositive

Boeken dicht!
Leer de vertaligen van de werkwoorden en de uitgangen.

Kijken wat jullie onthouden hebben!
timer
3:00

Slide 27 - Diapositive

Ils/elles
Je/J'
Vous
Tu
Nous
Il/elle/on
stam + ons
stam + s
stam + /
stam + ent
stam + ez
stam + s

Slide 28 - Question de remorquage

Welk werkwoord past niet in het rijtje?
A
perdre
B
écouter
C
attendre
D
vendre

Slide 29 - Quiz

Welk vorm is goed?

vendre - elle
A
elle vende
B
elle vendres
C
elle vend
D
elle vends

Slide 30 - Quiz

Welk vorm is goed?

attendre - j'
A
j'attende
B
j'attendu
C
j'attends
D
j'attendre

Slide 31 - Quiz

Vertaal

U antwoordt (répondre)
A
vous répondons
B
vous répondu
C
vous répondrez
D
vous répondez

Slide 32 - Quiz

Vertaal

Zij verkopen (vendre)
A
ils vendre
B
ils vendons
C
il vend
D
ils vendent

Slide 33 - Quiz

Vertaal
Hij heeft verkocht
A
il a vendé
B
il a vendu
C
il est vendi
D
il vend

Slide 34 - Quiz

Welk vorm is goed?

habiter - tu
A
tu habites
B
tu habit
C
tu habits
D
tu habiter

Slide 35 - Quiz

Zinsvolgorde Frans
J'ai mangé une glace
Ik heb gegeten een ijsje

Slide 36 - Diapositive

Zinsopbouw Frans
Mon père a une nouvelle voiture.
Mon père a acheté une nouvelle voiture.




Slide 37 - Diapositive

Zet in de juiste volgorde ...
prend - le train - on

Slide 38 - Question ouverte

Zet in de juiste volgorde ...
la Tour Eiffel - ai - j'- visité

Slide 39 - Question ouverte

Zet in de juiste volgorde ...
- a - le prof - expliqué - les exercices

Slide 40 - Question ouverte

Les devoirs
Leren apprendre 1, 2,4, 6, 8

Maken: 8b, 8c en 8d blz 18 en 19

Slide 41 - Diapositive

Lire
Nakijken: exercice 5 en 6 (1 t/m 5 blz 95 - lire)

Slide 42 - Diapositive