Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
2.2 Spiegels
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen bij 2.2
Je leert
welke eigenschappen een spiegelbeeld heeft
hoe je een spiegelbeeld tekent
hoe je door het weerkaatsen van lichtstralen een spiegelbeeld ziet
Slide 2 - Diapositive
Spiegel
Een spiegel weerkaatst de lichtstralen in éénrichting = spiegelende weerkaatsing
Slide 3 - Diapositive
Alle andere voorwerpen
Andere voorwerpen weerkaatst lichtstralen in alle richtingen = diffuse weerkaatsing
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Spiegelbeeld
Spiegelende weerkaatsing
Slide 6 - Diapositive
4 eigenschappen van
het spiegelbeeld:
Spiegelbeeld ziet er hetzelfde uit als het voorwerp voor de spiegel.
Spiegelbeeld is even groot als het voorwerp.
Het spiegelbeeld is even ver van de spiegel als het voorwerp.
Het spiegelbeeld is virtueel ('niet echt')
Slide 7 - Diapositive
Spiegelbeelden zien
Slide 8 - Diapositive
Spiegelbeeld tekenen:
Het spiegelbeeld is even ver van de spiegel als het voorwerp.
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Vidéo
Leerdoelen bij 2.2
Je leert
welke eigenschappen een spiegelbeeld heeft
hoe je een spiegelbeeld tekent
Slide 13 - Diapositive
Spiegelbeeld zien
Je kunt een voorwerp via een spiegel zien als de zichtlijn van oog naar spiegelbeeld door de spiegel loopt
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Vidéo
Opdrachten - vervolg
Huiswerkcontrole: Hoe heb je 1 t/m 23 t/m 27 gemaakt?
Maken Blz. 81 opdracht 29 t/m 34
Blijf zitten en wacht tot de bel is gegaan.
Slide 17 - Diapositive
hoe ziet je spiegelbeeld eruit in een gewone spiegel
A
even groot als jezelf
B
groter dan jezelf
C
kleiner dan jezelf
Slide 18 - Quiz
In een spiegel lijkt ........ omgedraaid.
A
Boven en onder
B
Links en rechts
Slide 19 - Quiz
lichtstralen op een spiegel weerkaatsen door
A
absorptie
B
spiegelende terugkaatsing
Slide 20 - Quiz
Klopt de schaduw?
A
ja
B
nee
Slide 21 - Quiz
Klopt de schaduw?
A
ja
B
nee
Slide 22 - Quiz
Klopt de schaduw?
A
ja
B
nee
Slide 23 - Quiz
Je ziet jezelf in de spiegel. Waar lijkt je spiegelbeeld te staan?
A
Recht achter de spiegel, verder dan jij van de spiegel staat
B
Recht achter de spiegel, even ver als jij van de spiegel staat
C
Recht achter de spiegel, dichterbij de spiegel dan jij zelf
D
Schuin achter de spiegel
Slide 24 - Quiz
In de tekening hiernaast staat een figuur voor een spiegel (de rode lijn). Achter de spiegel (rechts van de rode lijn) komt het spiegelbeeld ervan te staan. Welk spiegelbeeld is het juiste spiegelbeeld?