Cette leçon contient 14 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Zenuwen en neurotransmitters
Slide 1 - Diapositive
BiNas 88B
Slide 2 - Diapositive
BiNas 88L
Slide 3 - Diapositive
Soorten neuronen
Impulsen ontvangen en doorgeven
Dendriet ontvangt impulsen
Axon geleidt impulsen van cellichaam af
Axon eindigt in synaps, spleet tussen uiteinde neuron en doelwit
Cellichamen alle neuronen in of vlak bij CZS
Slide 4 - Diapositive
Gliacellen
Stevigheid zenuwweefsel, beschermen en voeden neuronen.
Veel axonen zijn bedekt met een laag myeline. Dit zorgt ervoor dat de geleiding van elektrische signalen langs het axon versnelt. Myeline wordt gemaakt door gliacellen.
Gliacellen vernietigen virussen
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Impulsen
Zintuig genereert impulsen bij een adequate prikkel
Dendriet ontvangt impulsen
Axon geleidt impulsen van cellichaam af
Axon eindigt in synaptische spleet
Slide 7 - Diapositive
BiNas 88F
Slide 8 - Diapositive
Natrium-kaliumpomp
In neuron cytoplasma negatief geladen vergeleken met buitenkant neuron
Rustpotentiaal -70 mV
Buiten meer Na+ dan K+, in cytoplasma meer negatieve ionen
Gehandhaafd door actief transport natrium-kaliumpomp
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Vidéo
Impulsen
Alles-of-niets principe omzetting prikkel in impuls
Als prikkelsterkte onder prikkeldrempel ligt geen impuls
Impulssterkte hetzelfde in elk neuron
Sterkere prikkel zorgt voor hogere impulsfrequentie
Slide 11 - Diapositive
Saltoire impulsgeleiding
Sprongsgewijs
Depolarisatie alleen mogelijk bij insnoering van Ranvier