Nederlands les 3 MIT

Welkom bij Nederlands
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Welkom bij Nederlands

Slide 1 - Diapositive

Wat betekent aanleiding?

Slide 2 - Question ouverte

Wat betekent argument?

Slide 3 - Question ouverte

Wat betekent benadrukken?

Slide 4 - Question ouverte

Wat betekent betwijfelen?

Slide 5 - Question ouverte

Wat betekent bewering?

Slide 6 - Question ouverte

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Het doel van een instructie is om jou te vertellen hoe je iets moet doen. Onder welk kopje staat een instructie?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 12 - Quiz

Deze instructie bevat ...
A
Mogelijke stappen
B
Opeenvolgende stappen
C
Verplichte stappen

Slide 13 - Quiz

Bekijk de andere twee kopjes.
Je kunt aan een signaalwoord herkennen wat er onder de kopjes staat.
Onder de andere twee kopjes staan ...
A
Voorwaarden
B
Redenen
C
Oorzaken
D
Voorbeelden

Slide 14 - Quiz

Lees de vier punten die genoemd worden onder het kopje U krijgt geld terug indien:.
Wanneer krijg je je geld terug?
A
Als je voldoet aan één van de genoemde punten
B
Als je voldoet aan alle genoemde punten

Slide 15 - Quiz

Stel, je hebt gereisd met een trein op een traject van Keolis. Je had een vertraging van een uur en hebt recht op een vergoeding van meer dan vijf euro. Krijg je je geld terug ...
A
als je alleen een kopie van je vervoersbewijs hebt
B
als je reis al twee maanden geleden was
C
Zowel A als B is juist
D
Zowel A als B is onjuist

Slide 16 - Quiz

Krijg je geld terug als de vertraging is veroorzaakt door ...
A
blikseminslag
B
een fout van de machinist
C
een stilstaande trein van NS
D
een situatie die vóór de reis op de website stond

Slide 17 - Quiz

Stel, je denkt dat je recht hebt op teruggave van je reiskosten door een vertraging. Je klikt op het contactformulier en krijgt de volgende keuzemogelijkheid.
Wat klik je aan?
A
dienstregeling
B
vervoersbewijzen en ov-chipkaart
C
punctualiteit (op tijd rijden)
D
boete / bezwaarschrift

Slide 18 - Quiz

Bij de vraag naar het type van de aanvraag moet je kiezen voor restitutie.
Wat zou restitutie betekenen?
A
klacht
B
terugbetaling
C
verzoek
D
vertraging

Slide 19 - Quiz

Bekijk het filmpje van Rijkswaterstaat.
Marlous vertelt aan het begin welke vragen in dit filmpje worden beantwoord. Het antwoord op één van die vragen is een instructie.
Welke vraag is dat?

Slide 20 - Question ouverte

Hoe wordt de instructie in dit filmpje gegeven? Marlous vertelt wat je moet doen en ...

Slide 21 - Question ouverte

Hoe wordt de instructie in dit filmpje gegeven? Marlous vertelt wat je moet doen en ...
A
de camera filmt de auto van buitenaf, zodat je ziet wat de bestuurder doet.
B
je kijkt mee door de ogen van een bestuurder die autopech heeft.
C
de gele sticker links in beeld herhaalt nog eens alle stappen.

Slide 22 - Quiz

Wat moet je als eerste doen als je met pech stil komt te staan in een tunnel?
A
veiligheidsvest aantrekken en de alarmlichten aanzetten
B
auto met alarmlichten rechts tegen tunnelwand zetten
C
auto op de vluchtstrook of in een pechhaven parkeren

Slide 23 - Quiz

Wat moet je doen voor je uitstapt?

Slide 24 - Question ouverte

Hoe vraag je om hulp?
A
Je loopt naar een hulppost met een telefoon
B
Je belt Rijkswaterstaat met je eigen telefoon
C
Je geeft een stopteken aan een passerende auto

Slide 25 - Quiz

Als er een brandend voertuig in de tunnel staat, is evacueren belangrijk.
Wat wordt bedoeld met ‘evacueren?
A
de tunnel verlaten
B
instructies opvolgen
C
hulpdiensten inschakelen
D
je voertuig verlaten

Slide 26 - Quiz