3HB: Economie in ME

Economie in de ME
Herhaling van de theorie
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
Geschiedenis (HB)Secundair onderwijs

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Economie in de ME
Herhaling van de theorie

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Het hofstelsel
DM 2.1.2.1

Slide 3 - Diapositive

Waarom het hofstelsel? 
De vroege middeleeuwen was een rurale of een landbouwsamenleving waar het grootste deel van de bevolking op het platteland leefde en voornamelijk aan landbouw deed. Ze zorgden voor hun eigen levensonderhoud. De boerenbevolking werd bedreigd door plunderingen en geweld van rondtrekkende roversbendes.

Slide 4 - Diapositive

Welke actie ondernamen de boeren om zich te beschermen tegen de rovers?
A
Een grote muur rond hun huis bouwen.
B
Zich verbinden met lokale heren.
C
Wapens kopen.
D
Een grote gracht rond hun huis graven.

Slide 5 - Quiz

De heer beschermde de boeren in ruil voor...
A
Geld.
B
Al de rechten van de boer.
C
Een deel van de oogst.
D
Een kunstwerk.

Slide 6 - Quiz

Niet alleen moete ze oogst afstaan aan de heer, ook moeten ze een 1/10 van de oogst afstaan aan iets of iemand anders. Aan wie?
A
De kerk
B
De overheid
C
De leerkrachten
D
De leerlingen van 3AM

Slide 7 - Quiz

Gaan wonen bij de heer. 

De heer geeft de boeren een stukje landbouwgrond dicht bij zijn eigen boerderij.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

In de vorige slide zag je het woord herendiensten staan. Wat zijn dit?
A
Onvrije boeren moeten het land van de heer bewerken.
B
De heer doet diensten voor de boeren.
C
Dit zijn diensten die je kan kopen bij een heer
D
Een herendienst kwam niet voor in de Middeleeuwen.

Slide 10 - Quiz

Op het land leven vrije en onvrije boeren. Onvrije boeren is hetzelfde als een slaaf.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Werken en wonen op het land.
DM 2.1.2.2

Slide 12 - Diapositive

De landbouwproductie steeg vanaf de 7de eeuw. De voornaamste oorzaak hiervan was.
A
Een nieuwe ijstijd
B
Beter landbouwtechnieken
C
Betere boeren
D
Meer geld

Slide 13 - Quiz

Deze verandering liep traag. Daarom noemen we dit een landbouw...
A
Evolutie
B
revolutie

Slide 14 - Quiz

Het tweeslagstelsel 
Deze landbouwmethode splitste de akkers in twee delen. Het ene jaar lieten boeren de ene helft van hun grond braak liggen en zaaiden de andere helft in; het jaar nadien werd de andere helft ingezaaid.

Slide 15 - Diapositive

Waarom gebruikten de boeren het tweeslagstelsel?
A
Eens iets nieuws proberen.
B
Om meerdere gewassen tegelijk te verbouwen.
C
vermijden dat de grond uitgeput raakt.
D
Lekkerdere gewassen telen.

Slide 16 - Quiz

drieslagstelsel 
Omstreeks 750 deed in het Frankische rijk het drieslagstelsel zijn intrede en verspreidde het zich geleidelijk aan over Noordwest-Europa. De boer verdeelde zijn grond in drie stukken. In het eerste jaar verbouwde hij wintergraan (tarwe, rogge), in het tweede jaar zomergraan (haver, gerst) en in het derde jaar lag het land braak. Omwille van het gebrek aan stalmest was deze braaklegging nodig zodat de grond kon herstellen.

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Ze maakten gebruik van nieuwe landbouwtechnieken.
A
keerploeg
B
Haakploeg
C
Paarden
D
Ossen

Slide 19 - Quiz

Handel in Noordwest- Europa
DM 2.1.3.1

Slide 20 - Diapositive

Overgangsperiode
In de overgangsperiode tussen de klassieke oudheid en de middeleeuwen daalde de Europese bevolking sterk. Vooral de steden verloren een groot deel van hun bevolking, waardoor het handelsverkeer afnam. Toch bleven de Romeinse internationale handelsverbindingen tot ca. 600 actief. Via de Middellandse Zee bereikten goederen nog steeds Noordwest-Europa.
Rond het jaar 600 verminderden het handelsverkeer en de aanwezigheid van Europese schepen op de Middellandse Zee

Slide 21 - Diapositive

Regionale handel ontstond. Wat betekent dit.
A
Tussen kleine dorpen
B
Tussen landen
C
Over continenten
D
Met de fiets

Slide 22 - Quiz

Enkel luxe goederen werden verhandeld.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quiz

Emporia
In die handel speelden emporia, havenplaatsen aan een zee of een rivier een belangrijke rol. Ze deden dienst als doorvoerhavens. Emporia waren vooral terug te vinden in Scandinavië, Engeland en het Frankische rijk.

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Handelssteden
Doorheen de 9de eeuw verdwenen de meeste emporia. Zij maakten plaats voor regionale handelssteden die aan rivieren tot ontwikkeling kwamen.

Slide 26 - Diapositive

Welke hedendaagse stad was toen een handelsstad gelegen aan een rivier?

Slide 27 - Question ouverte

De zijderoute 
DM 2.1.3.2

Slide 28 - Diapositive

Exotische luxeproducten
Die producten bereikten via de zijderoute West-Europa. De zijderoute was een netwerk van land- en zeewegen dat sinds de klassieke oudheid het Verre Oosten en het Westen met elkaar verbond. Dat netwerk van handelswegen strekte zich uit over een afstand van 7000 kilometer in het totaal tussen de Chinese hoofdstad Xi'an en het Middellandse Zeegebied.

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Handelskaravanen
Handelskaravanen legden meestal een gedeelte van het traject af. Deze tussenhandelaars ruilden of verkochten in handelssteden producten zoals specerijen, edelstenen, goud, zilver en uiteraard ook zijde, maar ook zaden van exotisch fruit zoals appels en perziken met andere handelaars die op hun beurt de goederen verder vervoerden.
Gelukkig konden de handelskaravanen uitrusten in veilige karavanserais, die ongeveer om de 30 kilometer te vinden waren.

Slide 31 - Diapositive