Fictie Blok 2 - les 2

Fictie Blok 2 - les 2
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Fictie Blok 2 - les 2

Slide 1 - Diapositive

Lesplanning
Lesdoel
Huiswerk -> vragen?
Instructie 2.2 afwisselen met zelfstandig werken
Instructie 2.3 en gedicht
- pauze - 
Luister goed & samenwerken
Verder met 2.3 - zelfstandig werken 
Zorgvuldig lezen & opdracht
Einde les

Slide 2 - Diapositive

lesdoel

* Je weet wat fictie is
* Je kunt zeggen bij welk genre een boek hoort
* Je kent hoofdpersonen en bijfiguren in een verhaal
 * Je kent de kenmerken van een gedicht

Slide 3 - Diapositive

Verhaalsoorten = genres
Door te kijken naar het onderwerp dat belangrijk is in het verhaal weet je welke verhaalsoort bij een boek hoort.

VERHAALSOORTEN  / GENRES :
avonturen, oorlog, liefde, 
probleemverhaal, grappig verhaal, 
meidenverhaal, historisch verhaal

Slide 4 - Diapositive

Maak opdracht 2 van 2.2 Over Lezen

timer
10:00

Slide 5 - Diapositive

Personen in een verhaal
Hoofdpersoon 
-> leer je het best kennen 
je weet wat hij/zij denkt/voelt ,  je ziet alles door zijn/haar ogen
 -> heeft een belangrijk probleem of opdracht met als doel: oplossing vinden/opdracht volbrengen

Bijfiguur -> minder belangrijk
je leert ze minder goed kennen



Slide 6 - Diapositive

Maak opdracht 4 van 2.2 Over lezen

timer
10:00

Slide 7 - Diapositive

Gedicht 2.3
Gaat over één gebeurtenis, moment of gevoel.

Kenmerken:
- regels zijn niet vol geschreven
- regels staan in groepjes bij elkaar -> strofe
- een gedicht heeft rijm
- een gedicht heeft ritme
Maar: een gedicht heeft niet altijd alle kenmerken 

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Het is de toon die de muziek maakt

Slide 11 - Diapositive

Luister goed
Werk samen met je buurman/buurvrouw op fluistertoon!

Herken je bijzonder taalgebruik in het volgende nummer?
Zoals: rijm, herhaling, tegenstelling, overdrijving?
Schrijf dit op in je schrift.

Slide 12 - Diapositive

Stil hier aan de overkant

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Maak opdracht 5 en 6 van 2.3 Gedicht

timer
15:00

Slide 15 - Diapositive

Lees zorgvuldig

Lees het volgende gedicht.
Over welk voorwerp gaat dit?
Je ziet het dagelijks.
Schrijf je antwoord in je schrift. 

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Opdracht (tevens huiswerk)
Maak een kort gedicht over een voorwerp, waarin je het voorwerp niet noemt maar alleen omschrijft, zoals in het gedichtje dat je net gelezen hebt.




Slide 19 - Diapositive

Einde les
Korte samenvatting
Nog vragen?

Huiswerk voor a.s. maandag: 
Fictie Blok 2: opdracht 1 (was al gemaakt)
                            opdracht 2, 4, 6
Maak een kort gedicht over een voorwerp zonder het te noemen

Slide 20 - Diapositive