3.4 Wat speelt er op de arbeidsmarkt?

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Wat speelt er op de arbeidsmarkt?

In deze les...

- Herhalen

- 3.4
 

- Huiswerk check

Leerdoelen

- Je weet hoe de arbeidsmarkt werkt

- Je kent de loonvorming op de arbeidsmarkt

Welke marktvorm past bij de volgende kenmerken:
- Homogeen product
- Transparante markt
- Veel aanbieders
- Eenvoudige toetreding

1. Volkomen concurrentie
2. Monopolie
3. Monopolistische concurrentie
4. Oligopolie

Hoe kunnen bedrijven concurreren op een homogene oligopolistische markt?

1.) Kartelvorming - Concurrenten kunnen prijs- en marktafspraken maken om de markt te verdelen. Dit is verboden

2.) Prijzenoorlog - Concurrentie door middel van het doorvoeren van prijsverlagingen. Doordat er weinig aanbieders zijn, met ieder veel macht, kunnen prijzen eenvoudig worden verlaagt.

TenneT, de landelijke beheerder van het hoogspaningsnet heeft de volgende marktvorm:

1. Volkomen concurrentie
2. Oligopolie
3. Monopolistische concurrentie
4. Monopolie

Huiswerk

Arbeidsmarkt

Het totaal van aanbod van arbeid en vraag naar arbeid.

Ruime arbeidsmarkt

Krappe arbeidsmarkt

Beroepsbevolking

Mensen die werken of werk zoeken die tussen de 15 jaar en pensioenleeftijd zijn.

Hoort een 58-jarige die vroegtijdig met pensioen gaat bij de beroepsbevolking?

1. Ja
2. Nee

Hoort een onbetaalde stagiair bij de beroepsbevolking?

1. Ja
2. Nee

Werkgelegenheid

Alle arbeidsplaatsen bij bedrijven en de overheid

Werkgelegenheid in personen

Werkgelegenheid in arbeidsjaren

Beroepsbevolking / Werkgelegenheid

Werkloosheid

Als de aanbod van arbeid groter is dan de vraag naar arbeid is er sprake van werkloosheid.

- Conjuncturele werkloosheid

- Structurele werkloosheid

Welk effect heeft een vergrijzende bevolking op de arbeidsmarkt?

1. Het aanbod van arbeid krimpt
2. Het aanbod van arbeid groeit
3. Het aanbod van arbeid blijft gelijk

Loonvorming

Als de vraag en aanbod van arbeid
aan elkaar gelijk zijn, is er
sprake van evenwicht in loon.

Aan de slag.

Maken 3.4

Af?

Bezig met Rekenen (pagina 94 en 95)

Tot slot

Volgende week formatieve toets hoofdstuk 3

Af: 3.4