Proeftoets Spelling (SP2) Havo / VWO

Proeftoets Spelling (SP2)
Havo / VWO
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

Proeftoets Spelling (SP2)
Havo / VWO

Slide 1 - Diapositive

Jullie krijgen nu een proeftoets over
spelling - hoofdstuk 1 t/m 6
Doe actief mee en let goed op.....

Slide 2 - Diapositive

In welke zin zijn de hoofdletters correct gebruikt?
A
Auto's van Peugeot komen uit Frankrijk.
B
In zuid-Holland regent het de hele dag.
C
'S ochtends ga ik altijd douchen.
D
Henk Van De Molen heeft de quiz gewonnen

Slide 3 - Quiz

Welke spelling is correct?
A
aplaudiseren
B
applaudiseren
C
aplaudisseren
D
applaudisseren

Slide 4 - Quiz

Schrijf het verkleinwoord op van
baby

Slide 5 - Question ouverte

Schrijf het verkleinwoord op van
koning

Slide 6 - Question ouverte

Schrijf het verkleinwoord op van
tosti

Slide 7 - Question ouverte

Schrijf het meervoud op van
huismus

Slide 8 - Question ouverte

Schrijf het meervoud op van
vloedgolf

Slide 9 - Question ouverte

Schrijf het meervoud op van
monnik

Slide 10 - Question ouverte

Schrijf de lange vorm op van
gaaf

Slide 11 - Question ouverte

Schrijf de lange vorm op van
industrieel

Slide 12 - Question ouverte

Maak van dit materiaal een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord:
bamboe - een ..... hutje

Slide 13 - Question ouverte

suède - een ..... jas
A
suède
B
suèden
C
suèdes
D
suèrderdeder

Slide 14 - Quiz

Je gebruikt aanhalingstekens zowel bij de directe rede als bij de indirecte rede.
A
Dat is juist.
B
Dat is onjuist.

Slide 15 - Quiz

Zet de zin in de DIRECTE rede:
Boris zegt dat hij naar Spanje wil.

Slide 16 - Question ouverte

Zet de zin in de INDIRECTE rede:
"Wie wil er een koekje?" vraagt Anne.

Slide 17 - Question ouverte

Welke spelling is correct?
A
eerste kerstdag
B
eerste Kerstdag
C
Eerste kerstdag
D
Eerste Kerstdag

Slide 18 - Quiz

Schrijf het meervoud op van
olie

Slide 19 - Question ouverte

Schrijf het meervoud op van
fee

Slide 20 - Question ouverte

Schrijf het meervoud op van
cadeau

Slide 21 - Question ouverte

Vul de juiste vorm in:
(glas) Ik zie alles in mijn ...... bol.

Slide 22 - Question ouverte

Vul de juiste vorm in.
(plastic) Ik drink niet graag uit ... bekers

Slide 23 - Question ouverte

Wat is de vergrotende en overtreffende trap van 'verbaasd'?
Schrijf de woorden onder elkaar.

Slide 24 - Question ouverte

Einde van deze proeftoets
Veel succes met voorbereiden!

Slide 25 - Diapositive