Fictie - Show, don't tell

Nederlands
Fictie

Creatief schrijven
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Nederlands
Fictie

Creatief schrijven

Slide 1 - Diapositive

Je leert:
-
-

Slide 2 - Diapositive

Variatie in woordgebruik

Slide 3 - Diapositive

Verzin zoveel mogelijk woorden
voor het woord: jongen

Slide 4 - Carte mentale

Verzin zoveel mogelijk woorden
voor het woord: meisje

Slide 5 - Carte mentale

Geef zoveel mogelijk
voorbeelden van: fobieën

Slide 6 - Carte mentale

Waarom is 'fobie' lastiger te omschrijven dan 'jongen' of 'meisje'?

Slide 7 - Question ouverte

Omschrijf
een leuke gebeurtenis

Slide 8 - Carte mentale

Show, don't tell
Laat je lezer zien wat er gebeurt, zonder het te vertellen

Slide 9 - Diapositive

Dit laat iets te raden over
Een traan liep langs haar wang. Sue slikte, maar haar keel bleef dichtgeknepen. Haar ogen flitsten heen en weer, zoekend naar een uitweg. Ze zat bibberend in de hoek en verwachtte dat er ieder moment iets kon gebeuren.

Slide 10 - Diapositive

Dit kan ook
  • Sue voelde zich verdrietig en angstig.

Slide 11 - Diapositive

Waarom?
  • Meer betrokkenheid van de lezer
  •                                Ervaren ipv medegedeeld
  • Meer informatie
  •                                Meer details
  • Maar ook minder informatie
  •                                Hierdoor creëer je spanning
  • Er ontstaat meer sfeer in je verhaal

Slide 12 - Diapositive

Waarom Show don't tell?
In plaats van dat je iets mededeelt (Sue is ziek), laat je de lezer zelf iets ervaren (Sue's maaginhoud  belandde klotsend en tegen haar wil in het toilet.) 




Je zintuigen worden 
geprikkeld 
(horen en zien)

Slide 13 - Diapositive

  • Dus niet:
  • Hij vermoedde dat ze hem bedroog.


  • Maar wel:
  • Toen ze even naar de keuken was, greep hij direct haar telefoon en zocht haar sms’jes op. Waren er onbekende mannennamen bij?


Slide 14 - Diapositive

Hoe?
Maak gebruik van:

  • zintuigen
  • lichaamstaal
  • beeldspraak

Slide 15 - Diapositive

Nu jullie!

Je kunt dit niet fout doen. 

De bedoeling is dat je het zelf ervaart.

Slide 16 - Diapositive

Herschrijf de zin:
Hij verveelde zich zo.

Slide 17 - Question ouverte

Hij verveelde zich zo.

  • ‘Hij hoorde de klok eindeloos tikken, maar wist niet meer hoe lang de tijd al duurde. De stilte van het huis drukte zijn schouders naar beneden. Hoe lang zouden opa en oma nog slapen? Zijn boek had hij uit. Buiten liep een man gebogen tegen de wind in. Hij keek naar zijn nagels.’

Slide 18 - Diapositive

Nog eentje:
Ik was verdrietig en woedend tegelijk.

Slide 19 - Question ouverte

Ik was verdrietig en woedend tegelijk.
​Ik zat met mijn armen rond mijn benen op de stoeprand voor het huis. Mijn ogen prikten en door de tranen heen kon ik de fietsen, die aan de overkant van de weg tegen een boom stonden, nog net van elkaar onderscheiden. Ik hoorde mijn bloed in mijn oren suizen en mijn hart haalde de bpm’s van een technoplaat. Langzaam veranderden mijn handen, die zich om m’n knieën hadden gevouwen, in een set vuisten die in mijn gedachte allang op het hoofd van Thomas waren neergestreken. De nare smaak die zijn opmerkingen over mijn gehandicapte zusje in mijn mond hadden achtergelaten, mixte zich langzaam met de resten alcohol en bittergarnituur die tussen mijn tanden kleefden. Het werd een giftige cocktail die me bijna deed kokhalzen. Ik was klaar met zijn gladde gelhoofd en zijn nog gladdere praatjes. Ik zal Thomas eens laten voelen hoe het is om gehandicapt te zijn. 

Slide 20 - Diapositive

OPDRACHT
Kies je fragment I?

De dames worden uiteindelijk opgepakt door de politie. Maar! Je mag alles schrijven, behalve 'politie'. Schrijf het verhaal op je eigen, unieke manier verder! Maak een foto van je verhaal en lever het in op Classroom.





Slide 21 - Diapositive

Fragment I
Anna en ik zijn aan het winkelen. Bij de drogist in het winkelcentrum ziet ze een vuurrode lipstick. “Even proberen, hoor!”, roept ze vrolijk. Ze smeert wat op haar lippen en samen kijken we in de spiegel. “Hoe staat het?” vraagt Anna me. Voordat ik kan antwoorden, opent ze de rits van het zijvakje van haar heuptas en laat de lipstick er soepel inglijden. “Kom, we gaan.” zegt ze  vastberaden en wandelt met het grootste gemak langs de beveiliger die vijf meter verderop een paar gevallen parfummetjes terug in de schappen zet. Ze rekent niets af. Ik sta aan de grond genageld en weet niets uit te brengen...

Slide 22 - Diapositive

OPDRACHT
Kies je fragment II?

Rosita wordt uiteindelijk wakker in het ziekenhuis. Maar! Je mag alles schrijven, behalve 'arts'. Schrijf het verhaal op je eigen, unieke manier verder! Maak een foto van je verhaal en lever het in op Classroom.

Slide 23 - Diapositive

Fragment II
Het was een zonnige morgen in de lente van 2021. Rosita (13) uit Rotterdam was vroeg opgestaan. Ze liep naar beneden, naar de open keuken die via een deur is verbonden met de garage. In de deur zit glas, dat er ineens heel donker uitzag. 
Na het openen van de deur verspreidde giftige rook  zich 
ontzettend snel om Rosita heen. Ze raakte behoorlijk in paniek. Hierdoor verstomde ze volledig, want ze kon geen woord meer uitbrengen. “Brand!” was de kreet die ze wilde uitschreeuwen, maar haar mond weigerde de instructies uit te voeren van haar hersenen. Zwarte, verstikkende rook verspreidde zich steeds meer rondom Rosita. Ze zag letterlijk geen hand meer voor ogen en...

Slide 24 - Diapositive