Ontdek je loopbaancompetenties

Ontdek je loopbaancompetenties

Leerdoel

Aan het einde van deze les kan je uitleggen wat LOB is en welke loopbaancompetenties er zijn. Aan de hand van een LOB opdracht ga je de loopbaancompetentie motievenreflectie verkennen.

Maak aan het begin van de les duidelijk wat de leerdoelen zijn en hoe de studenten dit doel gaan bereiken.

Wat weet je al over loopbaancompetenties?

Wat is LOB?

LOB staat voor Loopbaan Oriëntatie en Begeleiding. Het is een proces waarbij je ontdekt wie je bent, wat je kan en wat je wilt. Zo kan je een goede keuze maken voor een opleiding of beroep.

Geef een duidelijke uitleg van wat LOB is en waarom het belangrijk is.

Loopbaancompetenties

Loopbaancompetenties zijn kwaliteiten die je nodig hebt om succesvol te zijn in je loopbaan. Er zijn 8 verschillende loopbaancompetenties, waaronder: kwaliteitenreflectie, netwerken en motievenreflectie.

Ga kort in op de verschillende loopbaancompetenties en benadruk dat het om vaardigheden gaat die je kunt ontwikkelen.

Motievenreflectie

Motievenreflectie gaat over het ontdekken van wat jij belangrijk vindt in je werk en wat jou motiveert. Het gaat om vragen als: Wat vind ik leuk om te doen? Wat vind ik belangrijk in mijn werk? Wat zijn mijn drijfveren?

Leg uit wat motievenreflectie is en waarom het belangrijk is om hierover na te denken in je loopbaan.

LOB opdracht

Tijdens deze les ga je aan de slag met een LOB opdracht waarbij je de loopbaancompetentie motievenreflectie gaat verkennen. Je gaat nadenken over wat jou motiveert in je toekomstige loopbaan.

Geef aan wat de opdracht precies inhoudt en hoe de studenten hiermee aan de slag kunnen gaan.

Stap 1: Brainstormen

Maak een mindmap met daarop jouw interesses, kwaliteiten en drijfveren. Probeer zoveel mogelijk ideeën op te schrijven.

Leg stap voor stap uit wat de studenten moeten doen om de opdracht uit te voeren. Geef ook tips om de opdracht succesvol uit te voeren.

Stap 2: Prioriteiten stellen

Bekijk je mindmap en markeer de onderdelen die voor jou het belangrijkst zijn. Waar liggen jouw interesses en kwaliteiten?

Leg stap voor stap uit wat de studenten moeten doen om de opdracht uit te voeren. Geef ook tips om de opdracht succesvol uit te voeren.

Stap 3: Verbinden

Probeer de onderdelen die je gemarkeerd hebt met elkaar te verbinden. Hoe kan je jouw interesses en kwaliteiten gebruiken in je toekomstige loopbaan?

Leg stap voor stap uit wat de studenten moeten doen om de opdracht uit te voeren. Geef ook tips om de opdracht succesvol uit te voeren.

Stap 4: Reflecteren

Schrijf een korte reflectie op wat je hebt ontdekt. Wat zijn jouw belangrijkste motivaties en hoe kan je deze inzetten in je toekomstige loopbaan?

Leg stap voor stap uit wat de studenten moeten doen om de opdracht uit te voeren. Geef ook tips om de opdracht succesvol uit te voeren.

Terugkoppeling

Deel jouw resultaten met de klas. Wat hebben jullie ontdekt over jullie motivaties en loopbaan?

Maak tijd vrij voor terugkoppeling en bespreek met de studenten wat ze hebben geleerd en ontdekt.

Conclusie

Tijdens deze les heb je geleerd wat LOB is en welke loopbaancompetenties er zijn. Door middel van een LOB opdracht heb je de loopbaancompetentie motievenreflectie verkend.

Vat de belangrijkste punten van de les nog een keer samen en geef aan hoe deze les aansluit bij de leerdoelen.

Reflectie

Wat heb je geleerd tijdens deze les? Hoe kan je jouw motieven gebruiken in je toekomstige loopbaan?

Geef de studenten de tijd om na te denken over wat ze hebben geleerd en hoe ze dit kunnen toepassen in de praktijk.

Vervolg

Nu je meer inzicht hebt gekregen in jouw motieven, kan je deze gebruiken bij het maken van keuzes voor je toekomstige loopbaan. Bedenk alvast welke stappen je gaat nemen om meer te weten te komen over mogelijke beroepen en opleidingen.

Geef de studenten tips voor vervolgstappen en hoe ze verder kunnen gaan met hun loopbaanoriëntatie.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.