16-09 M3a Argumentatiestructuren

Goedemorgen M3a!
Vandaag:
  • Wat weten we nog van de vorige keren?
  • §3 Geluksgevoel: opdracht 4 en 5 op blz. 118 en 119

Jullie gaan zelf een creatieve tekst schrijven.
De opdrachten maken we ter voorbereiding en komen in je dossier.


1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 27 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Goedemorgen M3a!
Vandaag:
  • Wat weten we nog van de vorige keren?
  • §3 Geluksgevoel: opdracht 4 en 5 op blz. 118 en 119

Jullie gaan zelf een creatieve tekst schrijven.
De opdrachten maken we ter voorbereiding en komen in je dossier.


Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  • Kenmerken van creatieve teksten herkennen
  • Figuurlijk taalgebruik herkennen
  • Beeldend en creatief schrijven

Slide 2 - Diapositive

Opbouw betoog
Mobiele telefoons moeten verboden worden in het lokaal
want het zorgt ervoor dat je minder snel bent afgeleid
De school heeft daar niets over te zeggen, het is je eigen verantwoordelijkheid
De school is wél verantwoordelijk voor de prestaties van leerlingen
Standpunt
Argument
Tegenargument
Weerlegging

Slide 3 - Diapositive

Standpunt en argument
Ik vind standpunt, want argument

Slide 4 - Diapositive

Standpunt en argument
In een tekst staan niet altijd signaalwoorden:

Je moet stoppen met roken, het is slecht voor je

Slide 5 - Diapositive

Standpunt en argument
Het standpunt staat niet altijd voorop!

Het is slecht voor je, je moet stoppen met roken

Slide 6 - Diapositive

Standpunt en argument
Let op:

argument is niet hetzelfde als argumentatie

Slide 7 - Diapositive

Tegenargument en weerlegging
Tegenargument
?

Weerlegging 
?

Slide 8 - Diapositive

Tegenargument en weerlegging
Tegenargument
Laat zien dat stelling onjuist is.

Weerlegging 
Laat zien dat argument onjuist is.

Slide 9 - Diapositive

Soorten argumenten: feitelijk of waarderend
Feitelijk
?

Waarderend
?

Slide 10 - Diapositive

Soorten argumenten: feitelijk of waarderend
Feitelijk
Controleerbaar, dus meetbaar, weegbaar of telbaar

Waarderend
Niet vast te stellen of het waar is, is een oordeel

Slide 11 - Diapositive

Argumentatiestructuren
Laten we maar even een filmpje kijken

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Zelf aan de slag!
§2 Op zoek naar geluk: opdracht 12 op blz. 114

Slide 14 - Diapositive

Oplossen of beslechten
Oplossen
?

Beslechten
?

Slide 15 - Diapositive

Oplossen of beslechten
Oplossen
Tegenstanders bereiken een akkoord, vaak een compromis

Beslechten
Een instantie (iemand) besluit wat waar is.

Slide 16 - Diapositive

Leerdoelen
  • We kennen de basisbegrippen van overtuigen
  • We weten wat wordt bedoeld met aanvaardbaarheid van argumentatie
  • We kennen de drie argumentatiestructuren

Slide 17 - Diapositive

Aanvaardbaarheid
Feiten (feitelijke argumenten)
    kan je controleren m.b.v. kennis

Slide 18 - Diapositive

Aanvaardbaarheid
Feiten (feitelijke argumenten)
    kan je controleren m.b.v. kennis

Niet-feiten (waarderende argumenten)
    kan je niet controleren
    vaak 'impliciete overeenstemming'
    meer uitleg nodig, verdere onderbouwing

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Argumentatiestructuren
Welke drie structuren zijn er?
Hoe vind je de structuur?

Slide 21 - Diapositive

Argumentatiestructuren
Welke drie structuren zijn er?
Hoe vind je de structuur?

Altijd m.b.v. de formule:

Ik vind X, want Y

Slide 22 - Diapositive

Argumentatiestructuren
Enkelvoudig

Nevenschikkend

Onderschikkend

Slide 23 - Diapositive

Argumentatiestructuren
Enkelvoudig 

Nevenschikkend
  • afhankelijk
  • onafhankelijk

Onderschikkend

Slide 24 - Diapositive

Argumentatiestructuren
Enkelvoudig 

Nevenschikkend

Onderschikkend
  • verzwegen argument

Slide 25 - Diapositive

Argumentatiestructuren
Hier komen we op terug!
Nevenschikkend
  • afhankelijk
  • onafhankelijk

Onderschikkend
  • verzwegen argument

Slide 26 - Diapositive

Aan het werk 1 + 2
Lees H 19, blz 102-103. Snap of vraag.
Lees de tekst 'Erfbelasting is zo slecht niet'
Maak de vragen 11-18.
Lever je antwoorden in, naam op blaadje!

Klaar? Maak opdracht 1 tot en met 7 af
Werk vooral samen met je buurmens!

Slide 27 - Diapositive