hulpwerkwoorden Verleden Tijd, "zijn" en "hebben"
1 / 14
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Hele werkwoord is "zijn"
schrijf op in VT :
Vorige week ....... ik heel erg blij
schrijf op in VT :
Vorige week ....... ik heel erg blij
Slide 2 - Question ouverte
Hele werkwoord "hebben"
schrijf op in VT:
Ik ...... de hele dag honger, gisteren
schrijf op in VT:
Ik ...... de hele dag honger, gisteren
Slide 3 - Question ouverte
Hele werkwoord: "zijn"
schrijf op in VT:
Jij ..... gisteren in de dierentuin
schrijf op in VT:
Jij ..... gisteren in de dierentuin
Slide 4 - Question ouverte
Hele werkwoord: "hebben"
schrijf op in VT:
Jij ..... een korte broek aan, vanochtend.
schrijf op in VT:
Jij ..... een korte broek aan, vanochtend.
Slide 5 - Question ouverte
Vorige week ..... de fotograaf op school.
is
was
waren
zijn
Slide 6 - Question de remorquage
Gisteren ..... we te laat op school
is
was
waren
zijn
Slide 7 - Question de remorquage
Vroeger ...... wij twee konijnen, nu nog maar eentje.
hadden
had
heb
hebben
Slide 8 - Question de remorquage
Vorige week ...... je nog een grote zak snoep.
hadden
had
heb
hebben
Slide 9 - Question de remorquage
Hele werkwoord: "zijn"
schrijf op in VT:
Vorige week ...... we op de camping.
schrijf op in VT:
Vorige week ...... we op de camping.
Slide 10 - Question ouverte
Hele werkwoord: "hebben"
schrijf op in VT:
In de avond .... we een trui aan.
schrijf op in VT:
In de avond .... we een trui aan.
Slide 11 - Question ouverte
Hele werkwoord: "zijn"
schrijf op in VT:
Toen ...... jullie je trui vergeten.
schrijf op in VT:
Toen ...... jullie je trui vergeten.
Slide 12 - Question ouverte
Hele werkwoord: "hebben"
schrijf op in VT:
Toen ...... jullie het erg koud.
schrijf op in VT:
Toen ...... jullie het erg koud.
Slide 13 - Question ouverte
Wat vond je van deze les? Schrijf op waarom je het makkelijk of moeilijk vond☺ Succes!
