Rekonomie Hoofdstuk 2 (3)

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Rekonomie

Hoofdstuk 2 (3)

Planning

• Bespreken opdrachten 2.5 en 2.6
• Uitleg hoofdstuk 2.2 procentuele verandering
• Maken opdracht 2.7 t/m 2.16
• Terugkomen op de leerdoelen

Rekonomie H2 Leerdoelen

Procenten

• kunnen rekenen met procenten; daarbij 2 manieren kennen
  
• weten wat btw is en hiermee kunnen rekenen
  
• kunnen rekenen met procentuele veranderingen

Bespreken opdrachten

2.5 en 2.6

Procentuele veranderingen

Karin heeft € 250,- op haar spaarrekening. Ze krijgt 3% rente per jaar. Hoeveel staat er na een jaar op haar rekening, nadat ze de rente ontvangen heeft?

1 x € 250,- + 0,03 x € 250,- = (1 + 0,03) x € 250,- = 1,03 x € 250,- =

€ 257,50

groeifactor  103 / 100 = 1,03

Bereken met hoeveel % de omzet in 2013 gestegen is tov 2012

(N-O)/O*100%

(12-10)/10*100=20%

Bereken met hoeveel % de omzet in 2013 gestegen is tov 2011

(N-O)/O*100%

(12-9)/9*100=33,3%

Een paar oorbellen is in prijs gestegen van €12,50 naar €15,-
Wat is de procentuele verandering in de prijs?

Een paar oorbellen is in prijs gestegen van € 12,50 naar € 15,-

Wat is de procentuele verandering in de prijs?

(€ 15 - € 12,50)/ € 12,50*100=20%

Een ketting is juist in prijs gedaald. De prijs was €25 en is gedaald naar 22,50
Bereken de procentuele prijs verandering

Een ketting is juist in prijs gedaald. De prijs was €25 en is gedaald naar € 22,50

Bereken de procentuele prijs verandering 

(€ 22,50 - € 25)/ € 25*100= -10%

En nu zelf:

Maak nu zelf opgave 2.7 t/m 2.16

Let op: lees ook alle tussenliggende tekst!