Nieuw Begin

• Levensbeschouwing
• Middelbare school
• vmbo b, k, t, havo, vwo
• Leerjaar 1

Levensvraag: Hoe is de aarde ontstaan?

Leerdoelen:

Jullie kennen het scheppingsverhaal van het Jodendom/Christendom en denken na over het ontstaan van de aarde.

Jullie zijn je er van bewust dat er meerdere scheppingsverhalen zijn.

Jullie kunnen invulling geven aan een creatieve opdracht.

Jullie kennen de theorie van de evolutie.

Jullie kennen de theorie van de oerknal.

Jullie kunnen aangeven welke theorie het beste bij jou past en waarom.

Scheppingsverhaal Jodendom/Christendom

Kijk en luister naar het scheppingsverhaal en beantwoord daarna de vragen:
1) Wie heeft de aarde gemaakt?

2) In hoeveel dagen?
3) Wat werd er op welke dag gemaakt?
4) Wat is de taak van de mens binnen de
     schepping denk jij?

Scheppingsverhaal uit de Bijbel

https://www.online-bijbel.nl/bijbelboek/Genesis/1/1-31

Wil je het verhaal nog een keer nalezen, maak dan gebruik van bovenstaande link; kopieer en plak deze link in de zoekbalk.

 

Opdracht 3: scheppingsverhalen vergelijken

Kies op de volgende dia's een scheppingsverhaal uit.
Lees/bekijk het verhaal.

Schrijf in 10 zinnen op waar het verhaal over gaat:( wie, waar, wanneer, wat, waarom)

Wissel de samenvattingen uit met een klasgenoot (docent geeft aan met wie)
Noteer de overeenkomsten/verschillen van jullie verhalen/samenvatting.

Scheppingsverhalen

Australische Aboriginals                                      Egyptenaren

Scheppingsverhalen

Inca's                                                    Zoeloes

Wereldkaart

Opdracht 4: creatieve verwerking
                        Kies uit A of B of C

Opdracht A:

Je maakt een tekening van het Christelijke scheppingsverhaal.
de volgende punten komen in de tekening duidelijk naar voren;
Wie spelen er een rol?
Wat wordt wanneer gemaakt: Hoeveel dagen? wat gebeurt er per dag?

Teken op A3 papier met potlood, kleur tekening in. werk netjes.

opdracht 4: B

Bedenk zelf een scheppingsverhaal: Hoe is de aarde ontstaan: gebruik je fantasie.

je kan schrijven en /of tekenen en/of foto's maken.
De volgende punten komen in de tekening/verhaal/foto's duidelijk naar voren; Wie spelen er een rol?

              Wat wordt wanneer gemaakt?

Verhaal is minimaal 1A4/ tekenen op blanco A4/A3
Teken met potlood, daarna inkleuren.

Opdracht 4:C

Je maakt een tekening/strip van een bestaand scheppingsverhaal: Inca's, Zoeloes, Australië, Egypte.
de volgende punten komen in de tekening/strip duidelijk naar voren;

Wie spelen er een rol?

Wat wordt wanneer gemaakt?
Teken op A3 papier met potlood, kleur tekening in. werk netjes.

Beoordeel je werk
Kijk terug:

Heb je je doel bereikt? Ben je tevreden met het eindresultaat? Waarom wel/niet?

Wat vond je van de opdracht:
wel/niet duidelijk?
Wel/niet keuze mogelijkheid?
Wel/niet wat voor mij bij?

Geef jezelf op de drie onderdelen een cijfer en bereken daarna het gemiiddelde.

Eigen beoordeling: Inzet:
Vorm:
Inhoud:
Gemiddeld:

5: Verdiepingsopdracht

1. Wat houdt de evolutie theorie in?
    Bekijk het filmpje(s) en beschrijf in eigen woorden wat          volgens jou de evolutie theorie inhoud: minimaal  10 regels

Verdiepingsopdracht

2. Wat houdt de oerknaltheorie?
      bekijk het filmpje en beschrijf in eigen woorden wat volgens
      jou de oerknal theorie inhoudt: minimaal 10 regels
De onderstaande link kopiëren en plakken in zoekbalk. 

      https://schooltv.nl/video/de-oerknal-het-begin-van-                        alles/#q=oerknal%20theorie

6: Conclusie

In de afgelopen lessen :

- Scheppingsverhaal uit de bijbel

- Evolutie theorie

- Oerknal

Welke spreekt jou het meest aan en waarom?

Levensvraag: Hoe is de aarde ontstaan?

Leerdoelen:

Jullie kennen het scheppingsverhaal van het Jodendom/Christendom en denken na over het ontstaan van de aarde.

Jullie zijn je er van bewust dat er meerdere scheppingsverhalen zijn.

Jullie kunnen invulling geven aan een creatieve opdracht.

Jullie kennen de theorie van de evolutie.

Jullie kennen de theorie van de oerknal.

Jullie kunnen aangeven welke theorie het beste bij jou past en waarom.

7: Evaluatie opdracht

Kijk terug:
1. heb jij je leerdoelen bereikt? waarom wel/niet?

2. Wat vond je van de opdrachten? wel/niet duidelijk?

3. Ben je tevreden met het eindresultaat van je opdrachten? waarom         wel/niet?
4. Wel/niet keuze mogelijkheid?
5. Wel/niet iets voor mij bij?

6. Beoordelen van jezelf: Inzet:
                                                     Vorm/inhoud van gemaakte werk: 
                                                     Gemiddelde: