Injecteren

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 2

                                        Injecteren

Maar fijn als je ook de theorie kent :)

Ben je goed voorbereid?

1. Ja, kom maar op met die vragen...
2. Ik ben een beetje bang

Wet BIG

- Injecteren is een voorbehouden handeling.

- Het toedienen van insuline is een vorm van injecteren. 

- In de Wet BIG staat wie voorbehouden handelingen mogen uitvoeren. 

- Je moet hiervoor bevoegd en bekwaam zijn. 

Wat is niet waar over bekwaamheid:

1. je kunt aantonen dat je de handeling correct kunt uitvoeren
2. na het behalen van alleen de toets ben je bekwaam
3. is de verantwoordelijkheid van de zorgverlener
4. je weet wat je moet doen, je kunt het en je voelt je bekwaam

Is injecteren een risicovolle of een voorbehouden handeling?

1. Risicovol
2. Voorbehouden
3. geen van beide

subcutaan=onder de huid

intraveneus=in de ader

intramusculair=in de spier

intracutaan = in de bovenste huidlaag

Vormen van injectie

Insuline toedienen

Als een cliënt meer dan 50I.E. insuline toegediend krijgt, dan moet je dat over 2 giften verdelen. Bv. in beide benen 25I.E.

1. Dat hoeft niet meer
2. Ja, dat moet
3. Dat doe je alleen als er problemen zijn met de toediening. bv. 'lekkage'
4. Daar moet je de bijsluiter voor raadplegen

Omdat het insulinenaaldje heel kort en dun is, kun je meerdere keren achter elkaar op dezelfde plaats injecteren

1. Ja, dat klopt
2. Nee, niet doen
3. De arts moet hier toestemming voor geven
4. Als de cliënt dit wil, dan doe je dat

Subcutaan injecteren met insulinepen

Roteren van injectieplaats = verwisselen van plaats

Spuitschema maken bij vaak injecteren

Als een cliënt een bloedsuikerwaarde heeft van 2.4 mmol dan vraag ik de arts hoeveel insuline ik bij moet spuiten

1. Juist
2. Onjuist

Wat geef je bij voorkeur aan een cliënt die een lage bloedsuiker heeft, maar nog wel goed aanspreekbaar is

1. Zo zoet mogelijk want het is belangrijk dat de bloedsuikerwaarde z.s.m. omhoog gaat.
2. Laat de cliënt zoveel mogelijk drinken en bewegen
3. Geef de cliënt iets met langzame koolhydrathen zoals bv brinta of een volkorenboterham
4. Als een cliënt aanspreekbaar is, hoeft de bloedsuiker niet per se omhoog

• het medicijn werkt sneller bij een injectie (bijvoorbeeld bij pijnklachten, allergische reactie)
• bij braken of diarree
• soms is het medicijn alleen per injectie toe te dienen
• wanneer de zorgvrager niets via de mond mag innemen ( darmoperatie, slikklachten)
• wanneer de zorgvrager niets via de mond kan nemen (bewustzijnsdaling, tijdens operatie)
• als er een constante spiegel in het bloed nodig is (bijvoorbeeld antibiotica, insuline, morfine)

Redenen waarom je een medicijn per injectie geeft:

Is injecteren

1. een parenterale toediening
2. een enterale toediening

Injecteren is een parenterale toediening.

Wat is geen geschikte injectie plaats?

1. bovenbeen
2. Buik
3. Onderarm
4. Bil

Geschikte injectieplaatsen

Bij intramusculair niet!

- Een geopereerd gebied of gebied waar snel een ingreep zal plaatsvinden.​

- In een hematoom, ook wel blauwe plek genoemd.​

- Gebied waar vocht (oedeem) in zit.

- In een gezwollen gebied of gebied waar mogelijk bloedklonters (trombose) zitten.​

- In verlamde ledematen.​

- Plaatsen die hard aanvoelen of waar je een bolletje voelt van een vorige injectie.​

- Plaatsen die een rode of blauwe kleur hebben.​

- Een arm of been met een infuus of shunt voor dialyse.​

- In littekenweefsel of een genezende wond.​

- Een ledemaat waar de lymfeklieren verwijderd zijn.

- Gebied rond stoma.

- Een bestraald gebied. 

- Gebied met eczeem. 

Waar injecteer je niet:

Bij subcutaan injecteren, dan injecteer je ...

1. In de spier
2. in de huid
3. in een ader
4. in het onderhuidsweefsel

Waar prik je als je intramusculair injecteert?

1. ader
2. bot
3. huid
4. spier

Als we een injectie geven in de huid zoals de Montoux-prik dan is dat....

1. Intracutaan
2. Intramusculair
3. Intraveneus
4. Subcutaan

Als we intraveneus medicatie toedienen dan doen we dat in een....

1. Spier
2. Onder de huid
3. Ader
4. In de huid

bij welke injectie kan je 45 en 90 graden injecteren

1. intramusculair
2. subcutaan
3. intraveneuze
4. insuline injecteren

In welk deel van de huid injecteer je bij een subcutane injectie

1. Opperhuid (epidermis)
2. Lederhuid (dermis)
3. Onderhuids bindweefsel (subcutis)
4. pigment (melaline)

Methode subcutaan injecteren

• Huidplooitechniek
• Loodrechttechniek 
• Loodrechte huidplooitechniek

Als we de loodrecht techniek toepassen bij subcutaan injecteren welke gevolgen heeft dat voor de naald?

1. Een gewone naald zoals altijd
2. De naald is langer
3. De naald is korter

Bij een kant-en-klare spuit die je subcutaan injecteert hoef je de spuit NIET te onluchten

1. Dat is juist, dat is niet nodig
2. Dat is ONjuist want ontluchten moet ALTIJD

Stelling 1:Je kunt een subcutane injectie loodrecht injecteren; de loodrecht techniek

Stelling 2: Je kunt een subcutane injectie in een huidplooi injecteren: de huidplooitechniek

1. Beide stellingen zijn juist
2. beide stellingen zijn onjuist
3. stelling 1 is juist
4. stelling 2 is juist

Wat controleer je als je voor injecteren de huid palpeert

1. of de huid beschadigd is
2. of de huid verhard is door bv littekenweefsel
3. of de huid niet te koud is
4. of er blauwe plekken zijn

In welke hoek breng je een naald in bij de huidplooitechniek s.c.

1. 45 - 60 graden
2. 90 - 120 graden
3. loodrecht
4. 30 - 50 graden

Medicatie die subcutaan toegediend wordt werkt sneller dan medicatie die Intramusculair toegediend wordt

1. Juist
2. Onjuist

De loodrecht techniek en de zigzag techniek zijn hetzelfde

1. Juist
2. Onjuist

Wat is GEEN geschikte injectieplaats voor een intramusculaire injectie

1. bovenarmspier
2. bilspier
3. buikspier
4. dijbeenspier

Wat moet je NIET doen als de naald vanuit i.m. positie verschuift naar subcutane positie

1. observeren op (heftige)lokale reacties
2. Stoppen met injecteren
3. De injectievloeistof rustig inspuiten
4. Arts bellen

Aspireren hoeft alleen maar als je een i.m. injectie in de bil toedient

1. Dat is niet waar. Je moet altijd aspireren.
2. Dat klopt. De kans dat je in de andere spieren een bloedvat aanprikt is heel klein.

Wat is een complicatie bij i.m. injecteren
(meerdere antwoorden zijn juist)

1. Een zenuw kan aangeprikt worden
2. Er kan abcesvorming ontstaan als de vloeistof slecht wordt opgenomen
3. een bloedvat kan aangeprikt worden waardoor medicatie te snel wordt opgenomen
4. Er kan een pijnlijke spiercontractie ontstaan

Waarom wordt medicatie bij een i.m. injectie sneller opgenomen dan bij een s.c. injectie

1. In spieren kun je meer vloeistof injecteren
2. spieren zijn beter doorbloed
3. door de beweging van de spieren
4. bij i.m. injecteer je dieper

Wat is geen complicatie van injecteren bij de zorgvrager?

1. afbreken van de naald
2. uitvalsverschijnselen
3. infectieverschijnselen
4. prikaccident

Gevaar voor jou als verpleegkundige:

• Overgevoeligheidsreacties na het morsen van antibiotica over je handen of door het ontluchten van de spuit. 
• Resistentie voor medicijnen omdat je er al meerdere keren mee in aanraking bent geweest.
• Besmettingsgevaar (prikaccident).

Voorkomen van een prikaccident:

• Maak gebruik van naaldencontainers volgens voorschrift
• Inenten tegen hepatitis B
• Laat je niet afleiden, voorkom haast
• Plaats de gebruikte naald nooit terug in de beschermhoes.

Regels en procedures

• Oefen tijdens les op school
• Kijk met collega's mee
• Oefen onder begeleiding
• Laat aftoetsen
• Werk altijd vanuit het protocol 
• Werk methodisch volgens richtlijnen van de instelling

Demonstratie

Volgens protocol

Daarna in 2-tallen oefenen

Pas aftekenen nadat docent dit beoordeeld heeft