The present perfect

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

Welcome everyone

Deze les is voor zowel kader als theoretisch.

In this lesson:

Irregular verbs / regular verbs

Hoe maak je de present perfect? 

Irregular vs regular verbs

Regular verbs zijn werkwoorden die 

- ed krijgen in de verleden tijd. 

Walk - walked 

Call - called

Irregular vs regular verbs

Irregular verbs veranderen ontzettend en hebben verschillende vormen. 

to make - made - made 

to have - had - had

Wat heb je nodig?

Bij de present perfect gebruik je altijd eerst een vorm van have:

I have 

she has

Daarna:

Bij regular verbs: 

I have walked

Irregular verbs: de derde vorm!

I have had. She has been. 

Verdeel: 

Kijk naar de volgende werkwoorden en verdeel deze. Komt er 'ed' achter, of anders?

Regular verbs:

to walk

to live

to make

to drive

to do

to leave

to read

to call

to work

to love

to rain

Irregular verbs:

to make

to read

to live

to love

to see

to drink

to go

to come

to walk

to work

Practise: 

Maak van de volgende werkwoorden een present perfect die in de zin past. 

Let op! Je begint dus altijd met have / has 

en daarna de juiste vorm van een werkwoord. 

My friends ____ _______ (play) football for as long as I know them.

My sister ____ ______ (be) at work for the last 5 hours.

_____ you ever _____ (see) a sunrise?

_____ she ________ (write) her assignment for English yet?

Homework:

Kader: do ex. 58 + 59 

p. 160

Theoretisch: Do ex. 54b+c, 55

p. 165