Q1 Wat weet je nog?
Welke onderwerpen hebben we behandeld in de afgelopen paar weken?
1 / 26
Éléments de cette leçon
Welke onderwerpen hebben we behandeld in de afgelopen paar weken?
Slide 1 - Question ouverte
Wat vind je nog lastig?
Slide 2 - Question ouverte
Wat weet je over
mutaties?
mutaties?
Slide 3 - Carte mentale
Welke werkwoordstijd gebruiken we het meest in een mutatie?
A
Onvoltooid tegenwoordige tijd
B
Onvoltooid verleden tijd
C
Voltooid tegenwoordige tijd
D
Voltooid verleden tijd
Slide 4 - Quiz
Waarvoor staat ASTMA (uit het ASTMA-model)
Slide 5 - Question ouverte
Maak een foto van de huidige minister van Justitie en Veiligheid
Slide 6 - Question ouverte
Wat weet je van het signalement?
Slide 7 - Question ouverte
Welke leestekens gebruik je in een opsomming?
Slide 8 - Question ouverte
Het huis ... daar staat, wordt al jaren gekraakt.
De hond .... daar loopt, is heel lief.
De man ... ik verliefd ben, loopt al een paar weken op krukken.
Het huis ... ik geboden heb, is helaas toch naar een andere bieder gegaan.
De familie heeft veel van ... bezittingen verkocht.
Alles ... ik beweerde over het mooiste wat ik heb meegemaakt is waar.
dat
wat
het
zij
hem
die
deze
waarop
op wie
zijn
haar
hun
Slide 9 - Question de remorquage
Welke drie redenen zijn er om het decor te beschrijven?
Slide 10 - Question ouverte
Welke werkwoordstijden gebruiken we bij het beschrijven van het decor?
A
Alleen de o.t.t.
B
Alleen de o.v.t.
C
De o.t.t. en de o.v.t
D
Geen van beide
Slide 11 - Quiz
Wat bedoelen we met het vaste/kale decor?
Slide 12 - Question ouverte
Slide 13 - Diapositive
Noem 2 onderdelen van de foto die horen bij het vaste decor.
Slide 14 - Question ouverte
Wat is geen reden van wetenschap?
A
Ik zag
B
Ik constateerde
C
Ik voelde
D
Ik proefde
Slide 15 - Quiz
GOED
FOUT
Ik zag dat de kamer drie bij vijf meter was.
Ik zag dat er diverse kledingstukken op de grond lagen.
Slide 16 - Question de remorquage
Herschrijf met RvW: ik zag dat de vrouw overstuur was
Slide 17 - Question ouverte
Herschrijf met RvW: ik zag dat hij moest remmen om de fietser te ontwijken.
Slide 18 - Question ouverte
Ik zag dat hij mij wilde aanvallen.
Slide 19 - Question ouverte
Welke verbindingswoorden ken je om zinnen met RvW te verbinden?
Slide 20 - Question ouverte
Op de Donauweg in Amsterdam zag ik, verbalisant, twee mannen vechten.
Welke vraag roept deze zin op?
Welke vraag roept deze zin op?
Slide 21 - Question ouverte
Ik zag dat de man een vuurwapen wilde pakken.
Correct
Niet correct
Slide 22 - Sondage
mutatie
vast en veranderlijk
proces-verbaal
onvoltooid verleden tijd
RvW
ASTMA-model
Werkwoordstijden
Decor
Slide 23 - Question de remorquage
Beschrijf correct:
Ik zag dat de man dronken was.
Ik zag dat de man dronken was.
Slide 24 - Question ouverte
Ik weet aan welk taalniveau ik moet voldoen aan het einde van mijn opleiding.
ja
nee
Slide 25 - Sondage
Hoe is het gegaan?
😒🙁😐🙂😃
