Les - H4.4 en H4.5 - 4H 16-2-2021

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Les
dinsdag 16 feb.

• Bespreken opgaven  63, 72, 73
  
• Maken en bespreken 74
• Vragen beantwoorden
• Huiswerk opgeven

Opgave 63a en b

a) Draaipunt: as van het wiel

Krachten:
de zwaartekracht op de kruiwagen in het zwaartepunt van de kruiwagen, de zwaartekracht op het meisje in haar zwaartepunt en
de tilkracht van de jongen op de handvatten

Opgave 63c

r ₁ = de afstand van de tilkracht tot het draaipunt 

r₂ = de afstand van het zwaartepunt van zijn zusje tot het draaipunt 

Zie figuur

Opgave 63d

 Tilkracht  100 − 20 = 80 N extra als het meisje in de kruiwagen zit 
Opmeten uit foto: 
r₁/r₂  = 4,2/1,4 =3.
--> Verhouding F_z,extra /F_til = 3

F_z,extra (meisje) =  3 × 80 = 2,4·10² N 

72a en c: 

Hulplijn moet evenwijdig aan de kracht door het draaipunt getekend worden,
dus voor r_spier is dat schuin
en voor r_z is dat verticaal

72b en d: 

Opmeten: r _spier = 0,6 cm;
r_z = 5,4 cm
dus F_spier is 5,4/0,6=9 × zo groot als F_z :
F_spier = 9 ×5,0 × 9,81
F_spier = 4,4∙10² N

Opgave 73a en b

a) Zie tekening rechts

 b) draaipunt op de hoek van de kade en Ali loopt naar eind
r _z,Ali = 2,0 m (lengte uitstekend deel plank)

F_z,plank grijpt in midden aan, dus r_z,plank = 3,0 - 2,0 = 1,0 m

Opgave 73b

M_Ali = m_Ali∙g∙r_z,Ali
    = 45 × 9,81 × 2,0=90×9,81 

M_plank= m_plank∙g∙r_z,plank

    = 80 × 9,81 × 1,0=80×9,81 

M_Ali is groter dan M_plank, dus de plank zal kantelen

Opgave 73b

Evenwicht:

M_Ali = M_plank

(m∙g∙r_z )Ali =  (m∙g∙r_z)_plank

    

45 × 9,81 × r_Ali =  80 × 9,81 × 1,0

r_Ali = 80/45 = 1,7778 = 1,8 m

Opgave 74: De kracht in pees P is...

1. groter dan de normaalkracht in S
2. kleiner dan de normaalkracht in S
3. even groot als de normaalkracht in S

Geef hier je uitleg (foto van de uitleg in je schrift)

Opgave 74

arm van de kracht in pees P =  afstand van lijn door de pees tot draaipunt D
is kleiner dan de arm van de normaalkracht in S.
-->  de kracht in de pees is groter dan de normaalkracht.

Extra opgave: twee krachten

Bereken de grootte en de richting van de somkracht van de twee krachten F₁ en F₂:

F₁ = 3,0 N en is naar rechts gericht
F₂ = 5,0 N en is naar rechts boven gericht, onder een hoek van 35 graden met F₁

In de volgende slides is de uitwerking te zien. Kijk het pas na als je de opgave zelf hebt gemaakt!!!

Uitwerking extra opgave: Ontbind F₂ in een x- en y-component en bereken F_som,x (F_s,x) en F_som,y (F_s,y)

Bereken met F_s,x en F_s,y de somkracht F_som en de hoek tussen F_som en de x-as

Nog vragen?

Thuiswerk voor vrijdag 19/2

Maak de extra opgave en kijk hem na.

Maak Oefenen B op de Newton-site