REKENEN OEFENEN h4

1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Je gaat beginnen aan je eerste baan. Daarmee ga je bruto € 1.924 per maand verdienen. De loonheffing bestaat uit € 212 loonbelasting en 16% van het brutoloon als premies voor de sociale verzekeringen.
Bereken je netto maandloon.

Slide 3 - Question ouverte

In de zomervakantie heb je werk waarmee je bruto € 11,50 verdient. Alles bij elkaar werk je 48 uur. De loonheffing is 38% van het brutoloon.
Bereken hoeveel je netto verdient in deze vakantie.

Slide 4 - Question ouverte

Naast je studie heb je een baantje. Op je brutoloon wordt 23,5% ingehouden voor loonheffing. Netto ontvang je over de maand december € 333,54 op je rekening.
Bereken wat je brutoloon was in december.

Slide 5 - Question ouverte

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

In de industriële sector werken 1.172.000 personen. Van hen heeft 80% een voltijdbaan. De anderen hebben een baan van gemiddeld 0,75 fte. (Fte = full time equivalent, een volledige arbeidsplaats.)
Bereken hoeveel werk er in de industriële sector is, uitgedrukt in arbeidsjaren.

Slide 10 - Question ouverte

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Zeeland heeft 283.000 inwoners tussen 15 jaar en de pensioenleeftijd. Daarvan hebben er 187.000 een betaalde baan en zijn er 6.000 werkloos.

Uit hoeveel personen bestaat de beroepsbevolking?

Slide 19 - Question ouverte

Zeeland heeft 283.000 inwoners tussen 15 jaar en de pensioenleeftijd. Daarvan hebben er 187.000 een betaalde baan en zijn er 6.000 werkloos.
De bruto arbeidsparticipatie is het deel van de bevolking dat tot de beroepsbevolking behoort.
Bereken hiervan het percentage.

Slide 20 - Question ouverte

Wat is ook de procentuele verandering

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive