4.8 grammatica

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

4.8 grammatica

Hoe noem je woorden als 'nooit, overal, misschien, ook....'?

Leerdoelen

• Bijwoorden herkennen en benoemen;
• Het verschil tussen bijwoorden en bijvoeglijke naamwoorden.

Wat weet je al over bijwoorden?

Categorieën bijwoorden:

plaats, richting	hier, daar, ergens, links
tijd	gisteren. opeens, later
frequentie (hoe vaak)	altijd, soms
ontkenning	niet, nooit
graad	heel, erg, zeer, graag
hoeveelheid	nauwelijks, slechts

Oefenen met bw

 Je merkt opeens dat die broer van je in veel situaties heel 

nauwkeurig werkt.

 Je vader is overduidelijk ook zo’n pietje precies.

Oefenen met bw

 Dat spreekwoord wil zeggen dat kinderen meestal veel 

eigenschappen van hun ouders hebben meegekregen.

Dergelijke gelijkenissen werden vroeger ook al opgemerkt.

Benoem alle woordsoorten

 Een  deel  van  de  klas  kwam  uit  het  nabijgelegen  dorp  

naar  de  stad.

 Deze  leerlingen  gingen  op  de  fiets  naar  hun  school.

Benoem alle woordsoorten

 Ze   klaagden   altijd   over   tegenwind.

Een   enkeling   werd   buitensporig   boos.