§5.2 Verbranding

§5.2 Verbranding
Lesplanning:
  1. Praktische zaken
  2. Checkvraag huiswerk §5.1
  3. Uitleg verbranding
  4. Opgaven §5.2 maken
  5. Uitleg reactie schema
  6. Practicum Brandblussen
  7. Verwerken toetsanalyse in Magister. 
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

§5.2 Verbranding
Lesplanning:
  1. Praktische zaken
  2. Checkvraag huiswerk §5.1
  3. Uitleg verbranding
  4. Opgaven §5.2 maken
  5. Uitleg reactie schema
  6. Practicum Brandblussen
  7. Verwerken toetsanalyse in Magister. 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen
Aan het einde van de les  kan je...
  • het reactieschema opstellen;
  • het verschil tussen een volledige en onvolledige verbranding;
  • de drie voorwaarden noemen die nodig zijn voor een verbranding;
  • manieren om brand te blussen verklaren.


Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kan je warmte toevoegen toevoegen aan een stof zonder dat de temperatuur stijgt?
Vraag 14) 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions




Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe kan je vuur
uitdoven?

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Drie voorwaarden voor verbranding
De branddriehoek
  • brandstof
  • zuurstof
  • ontbrandingstemperatuur

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Temperatuur verlagen
  • Blussen
      met water

  • Kaarsje
      uitblazen 

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zuurstof wegnemen
  • Blussen
      met schuim
  • Zand
  • Blusdeken

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Brandstof wegnemen
  • Gaskraan dicht
     draaien
  • Uit laten
     branden
  • Brandgangen
     maken in het
     bos

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maar wat is nou eigenlijk verbranding? Wat gebeurt er en hoe komt het dat de ene vlam blauw is en de andere oranje?

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions



  • voldoende zuurstof
  • reactieproduct
     koolstofdioxide en waterdamp


  • onvoldoende zuurstof
  • reactieproduct
     roet of koolmonoxide
Volledige verbranding
Onvolledige verbranding

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag 
§5.2 

Leerroute ⨀ Maken §5.2 opg. 17, 20, 25 , 26

Leerroute ✱ Maken §5.2 opg. 21, 25, 26, 29



Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbranding is een chemische reactie
Bij een chemische reactie verdwijnen stoffen en ontstaan nieuwe stoffen. 

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbrandingsreactie
Bij het verbranden van bv een fossiele brandstof ontstaat ook een chemische reactie.​

Hier kan je een reactie schema van maken:​

Begin stoffen -> Eindstoffen 

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbrandingsreactie
Om een reactie schema te maken moet je eerst iets weten over deeltjes. Alles om ons heen is opgebouwd uit deeltjes, atomen.​​

Een atoom: het kleinste deeltje van een stof, waaraan we de stof nog kunnen herkennen. ​

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbrandingsreactie aardgas

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbrandingsreactie aardgas

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Reactie kloppend maken

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Koolmonoxide

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag 
§5.2 Maken alle opgave binnen je leerroute

Leerroute ⨀ Maken §5.2 

Leerroute ✱ Maken §5.2 



Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen
Aan het einde van de les  kan je...
  • het reactieschema opstellen;
  • het verschil tussen een volledige en onvolledige verbranding;
  • de drie voorwaarden noemen die nodig zijn voor een verbranding;
  • manieren om brand te blussen verklaren.


Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voor elke verbranding is zuurstof nodig?
A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij een verbranding verdwijnt de brandstof.
A
waar
B
niet waar

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Zolang er maar genoeg zuurstof is blijft het vuur branden
A
waar
B
niet waar

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij een onvolledige verbranding ontstaat er alleen koolstofdioxide
A
waar
B
niet waar

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is waar over volledige verbranding?
A
Een gele vlam betekent volledige verbranding
B
Bij volledige verbranding kan koolstofmonoxide vrijkomen
C
Een vlam met volledige verbranding maakt geen roet
D
Volledige verbranding bestaat helemaal niet

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als je een brand wil blussen, kan dat alleen door de temperatuur te verlagen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een gasleiding is in brand geraakt. Om de brand te blussen draait de brandweer de gaskraan dicht.
Welke voorwaarde voor verbranding haalt de brandweer weg?
A
Brandstof
B
Zuurstof
C
Temperatuur

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij een bosbrand wordt de brand op een plek gehouden tot dat stuk is opgebrandt
Welke brandvoorwaarde neem je weg?
A
Zuurstof
B
Ontbrandings-temperatuur
C
Brandstof

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerkopdracht
Afmaken opdrachten practicum 
Brandblussen & Melkpoeder

Slide 30 - Diapositive

Klassikaal bekijken, op volgende dia leerlingen een voorspelling laten doen.