Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
2.1 De Griekse stadstaten
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen
Je kunt uitleggen welke contacten de Grieken hadden met elkaar en met andere volken.
Je kunt kenmerken van de samenleving van Athene benoemen.
Je kunt een beschrijving geven van de samenleving van Sparta.
Slide 2 - Diapositive
Welke bewering over de Griekse stadstaat is niet juist?
A
Een stadstaat is een stad met omliggend gebied.
B
Een stadstaat was in de Oudheid de belangrijkste stad in een staat.
C
Grieken noemden een stadstaat een polis.
D
Iedere stadstaat had zijn eigen wetten.
Slide 3 - Quiz
De Grieken stichtten koloniën. Waarom deden ze dat?
Slide 4 - Question ouverte
Planning
Grieken en andere volken
Athene
Video
Afsluiting
Slide 5 - Diapositive
De Grieken en andere volken
De kolonies warengoed voor de Griekse economie:de handelen de productiegroeiden.
Maarook qua cultuurwerden de Grieken en hun burendoorelkaar beïnvloed.
Grieken leerden van de Feniciërs het letterschrift kennen enontwikkeldendaaruit het Griekse alfabet. De Romeinen namen dat alfabet weer over.
Muntgeld werd overgenomen van de Lydiërs, zo ontstond er een geldeconomie.
Leerdoel 1
Slide 6 - Diapositive
Athene (1)
De handel leidde tot welvaart in de stadstaat Athene.Athene bestond uit een aantal bevolkingsgroepen.
Vrije volwassen mannen die in Athene waren geboren. Zij hadden veel grond en aanzien. De man is het hoofd van gezin.
Arme mannen mochten geen grond bezitten en werken in de handel of nijverheid.
Leerdoel 2
Slide 7 - Diapositive
Athene (2)
Vrouwen hadden geen rechten. Zij mochten geen huis of grond bezitten. Vrouwen in Athene waren veel thuis en hielden zich bezig met de opvoeding en huishouden.
Werden gemiddeld 36 jaar (mannen 45 jaar). Vrouwen kregen jong kinderen, vaak als ze zelf nog kind waren.
Treurig leven.
Leerdoel 2
Slide 8 - Diapositive
Athene (3)
Slaven waren belangrijk voor de economie. Fenomeen slavernij stond niet ter discussie.
Slaven hadden relatieve vrijheid: gezin stichten of op zichzelf wonen.
Geen juridische rechten, maar mochten niet zo maar gedood worden of mishandeld. In sommige gevallen konden slaven zichzelf vrij kopen.
Leerdoel 2
Slide 9 - Diapositive
Sparta (1)
Militaire zaken zijn belangrijk. (Sparta had meer slaven dan Spartiaten!)
Mannen leefden samen in eetgenootschappen. Mannen én vrouwen krijgen een zware, Spartaanse opvoeding. Baby's werden bij geboorte geselecteerd.
Spartaanse vrouwen hadden meer vrijheid dan Atheense vrouwen.
Leerdoel 3
Slide 10 - Diapositive
Sparta (2)
Sparta was geen stadstaat met een centrum, er was weinig cultuur zoals Athene. Spartiaten leefden sober.
Het werk werd gedaan door de heloten moesten de akkers bewerken, hadden geen rechten en mochtenstadstaat niet verlaten.
Spartiaten waren vaak bang voor een opstand van de heloten.
Leerdoel 3
Slide 11 - Diapositive
Welke zin over de samenleving van de oude Grieken is niet juist?
A
De Grieken vonden het heel normaal dat een deel van de mensen niet vrij was, maar bezit van een ander.
B
De meeste mensen verdienden hun brood in de landbouw.
C
Er werden koloniën gesticht omdat de Griekse grond niet genoeg voedsel opbracht.
D
Handel en ambachten waren de belangrijkste economische activiteiten.
Slide 12 - Quiz
Welke bewering over de Griekse stadstaat is niet juist?
A
Een stadstaat is een stad met omliggend gebied.
B
Een stadstaat was in de Oudheid de belangrijkste stad in een staat.
C
Grieken noemden een stadstaat een polis.
D
Iedere stadstaat had zijn eigen wetten.
Slide 13 - Quiz
De Grieken stichtten koloniën. Waarom deden ze dat?
Slide 14 - Question ouverte
Aantekeningen
De Grieken werden beïnvloed door andere culturen. Hierdoor ontstond het letterschrift en een geldeconomie.
In Athene was de samenleving opgedeeld in groepen, vrije mannen, migranten, vrouwen en slaven. Zij hadden allemaal hun eigen rechten en plichten.
Slide 15 - Diapositive
Bespreken huiswerk
Bespreken van opdracht 1, 3, 4, 6, 8, 9 en 10.
We gaan de antwoorden bespreken.
Antwoord fout? Verbeteren.
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Vidéo
Leerdoelen
Je kunt uitleggen welke contacten de Grieken hadden met elkaar en met andere volken.
Je kunt kenmerken van de samenleving van Athene benoemen.
Je kunt kenmerken van de samenleving van Sparta benoemen.