H2.3 - Les 6: Het stroomgebied van de Rijn

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Van de bergen

naar de zee

H2.3: Het stroomgebied van de Rijn

[e-mail]

Wat gaan we doen vandaag?

START VAN DE LAATSTE PARAGRAAF

• H2.3: Het stroomgebied van de Rijn

Regels tijdens de les

1. Er is maximaal één iemand aan het woord.
   
2. Je steekt altijd je vinger op als je iets wilt zeggen.
   
3. We gaan met respect met elkaar en elkaars spullen om.
   
4. Telefoons staan op stil en zitten in je tas of broekzak.
   
5. Zorg dat je al je spullen bij je hebt: Schrift, werkboek, lesboek en chromebook.

Doelen van vorige les

1. Je kent de verschillen in ontstaanswijze tussen een U-vormig dal en een V-vormig dal uitleggen.
   
2. Je kunt de begrippen gletsjertunnel, gletsjerpoort en een gletsjerrivier met elkaar in verband brengen.
   
3. Je kunt uitleggen hoe het verweringsmateriaal wordt meegevoerd door 4 verschillende transporteurs (B83).

Morenen

Gletsjer

1. Zijmorenen

2. Firnbekken

3. Eindmorenen

4. Gletsjerpoort

5. Gletsjerrivier

Je kunt uitleggen hoe een gletsjer ontstaat, Gebruik de begrippen neerslag, firn, firnbekken en gletsjer.

firn - korrelige, overjarige en ijsachtige sneeuw.

firnbekken - Een verzameling overjarige sneeuw hoog in de bergen.

V-dal

Veroorzaakt door een rivier

U-dal

Veroorzaakt door een gletsjer

Je kunt de begrippen gletsjertunnel, gletsjerpoort en een gletsjerrivier met elkaar in verband brengen. 

CHECK HUISWERK

5 t/m 8

H2.3: Het stroomgebied 

van de Rijn

Lesdoelen van vandaag

1. Je kunt de begrippen (stroomsnelheid, verval, erosie, sedimentatie) koppelen
   aan de boven-, midden- en benedenloop van een rivier (W8). 
2. Je kunt het ontstaan van horsten en slenken uitleggen.
   
3. Je kunt het verband tussen meanders en stroomsnelheid in de Bovenrijnse
   Laagvlakte uitleggen (W9, W10, B90). 
4. Je kunt op een kaart de waterscheiding tussen twee stroomgebieden aanwijzen
   (B120).

Het stroomgebied

van de Rijn

Stroomgebied /

Waterscheiding

HOE ZIET EEN

DWARSDOORSNEDE ERUIT?

Boven-, midden- en benedenloop

Je kunt de begrippen (stroomsnelheid, verval, erosie, sedimentatie) koppelen aan de boven-, midden- en benedenloop van een rivier. 

MEANDERS (B90)

Natuurlijke bocht in een rivier.

Erosie

Sedimentatie

Ontstaan van een hoefijzermeer

B120 in het Basisboek

W8 in het werkboek

Aan de slag!

• Lees de tekst op pagina 28/29 in je lesboek. 
• Maak 1 + 3 + 4 van paragraaf 3.
• Lees ook basisboeknummers 120. 

Regels wanneer je aan het werk bent:  

• Je mag samenwerken.
• Wanneer je een vraag hebt steek je je vinger op.  

KLAAR? 

Open Classroom op je Chromebook en werk paragraaf 1 & 2 van de kennen- en kunnenlijst uit.  

• 
  

Lesdoelen van vandaag

1. Je kunt de begrippen (stroomsnelheid, verval, erosie, sedimentatie) koppelen
   aan de boven-, midden- en benedenloop van een rivier (W8). 
2. Je kunt het ontstaan van horsten en slenken uitleggen.
   
3. Je kunt het verband tussen meanders en stroomsnelheid in de Bovenrijnse
   Laagvlakte uitleggen (W9, W10, B90). 
4. Je kunt op een kaart de waterscheiding tussen twee stroomgebieden aanwijzen
   (B120).

Huiswerk voor morgen

Maak 1 t/m 6 van paragraaf 3.