Inleiding, kern, slot

Hoe is een tekst opgebouwd?
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Hoe is een tekst opgebouwd?

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan wij doen?
  • Uitleg opbouw van een tekst.
  • Zelf werken volgens je planning
  • Afsluiting 

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
Je herkent een inleiding, middenstuk en slot

Slide 3 - Diapositive

Belgisch staalbedrijf betaalt werknemers 30.000 euro te veel
Een Belgisch staalbedrijf heeft door een boekhoudkundige fout bijna 30.000 extra overgemaakt naar 230 medewerkers die gemiddeld 1.600 euro netto verdienen.
Toen de blunder was opgemerkt, kregen de werknemers meteen een e-mail of ze het geld zo snel mogelijk terug wilden storten. In sommige gevallen zal terugbetalen echter moeilijk zijn, omdat de werknemers het geld al hebben uitgegeven. Ook zijn er werknemers met schulden bij wie automatisch loonbeslag wordt gelegd.
titel
kern
inleiding
afbeelding

Slide 4 - Question de remorquage

Inleiding

De inleiding staat aan het begin van de tekst (1 alinea) en kan de volgende functies hebben:

- de aandacht trekken

- het onderwerp introduceren

- vertellen hoe de tekst verdergaat

- een vraag stellen

- in een nieuwsbericht vaak een samenvatting 

Slide 5 - Diapositive

In de inleiding moet je altijd een vraag stellen.
A
ja
B
nee

Slide 6 - Quiz

Wat staat er in de kern (middenstuk) van een tekst?

Slide 7 - Question ouverte

Kern (middenstuk)

De kern is het middenstuk van de tekst. Hierin staat:

- de meest precieze informatie

- het gaat over het onderwerp

- hoofd- en bijzaken

De kern bestaat meestal uit meerdere alinea's.

Slide 8 - Diapositive

Kan de kern meerdere alinea's hebben?
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quiz

Hoofd- en bijzaken.
Wat is een hoofdzaak eigenlijk?
A
Hoofdzaken geven de belangrijke informatie over het onderwerp van de tekst.
B
Hoofdzaken geven minder belangrijke informatie.
C
Hoofdzaken maken de tekst iets duidelijker
D
Hoofd- en bijzaken bestaan niet.

Slide 10 - Quiz

Bijzaken moet je weg kunnen laten in een tekst
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quiz

Wat zijn bijzaken?
A
Details
B
Voorbeelden
C
Uitleg
D
Voordelen

Slide 12 - Quiz

Slot

Het slot is het laatste deel van de tekst.

De schrijver kan verschillende dingen doen in het slot:

- een samenvatting geven

- een conclusie trekken

- naar de toekomst kijken of een vraag meegeven aan de lezer.

Slide 13 - Diapositive

Waar vind je deelonderwerpen?
A
Inleiding
B
Kern
C
Slot

Slide 14 - Quiz

Inleiding of slot?

Een conclusie trekken
A
Inleiding
B
Slot

Slide 15 - Quiz

De schrijver vertelt waar de tekst over gaat.
Vaak wordt er een voorbeeld of een grappig verhaaltje opgeschreven.
Per alinea wordt nieuwe informatie gegeven over het onderwerp.

De tekst wordt samengevat, er wordt een conclusie gegeven.
Hierin wordt geen nieuwe informatie meer gegeven.
Inleiding
Middenstuk
Slot

Slide 16 - Question de remorquage