Migratie in Nederland

Migratie in Nederland
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
BurgerschapMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Migratie in Nederland

Slide 1 - Diapositive

Vragen over het verhaal
Waarom vertrekt onze boeren zoon?
Wat vind je er van dat hij is geemigreerd?
Waar denk je dat hij vandaan komt?

Slide 2 - Diapositive

1947 



Tussen 1946 en 1969  ongeveer een half miljoen Nederlanders emigreren. 

Slide 3 - Diapositive

Waarom hebben we het over migratie?

Slide 4 - Question ouverte

Leerdoelen
Je begrijpt de impact van migratie op de samenleving
Je snapt de oorzaken en vormen van migratie 
Je kunt statistieken analyseren over migratiestromen

Slide 5 - Diapositive

Emigratie 
het verlaten van een land om in een ander land te wonen

Immigratie 
het aankomen in een land om daar te wonen

Slide 6 - Diapositive

Waar verhuizen Nederlandse emigranten het meest naartoe?
A
Spanje
B
Frankrijk
C
Belgie
D
Duitsland

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Diapositive

Uit welke leeftijdsgroep komen de meeste mensen die emigreren vanuit Nederland?
A
40-65 jaar
B
65 jaar en ouder
C
25-40 jaar
D
0-15 jaar

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Diapositive

Welke redenen hebben mensen om te migreren naar een ander land

Slide 11 - Question ouverte

Slide 12 - Diapositive

Molukkers
Suriname 


Slide 13 - Diapositive

Instructie

Wat: beantwoord de vragen over jouw onderwerp
Hoe: in groepjes van 3/4
Tijd: 10 minuten 
Hulpmiddel: telefoon/laptop & docent 
Resultaat: na de tijd gaan we de antwoorden klassikaal bespreken 



kennismigranten 
arbeidsmigranten 
Oekraïense vluchtelingen
nareizigers
internationale studenten
asielzoekers
vluchtelingen

Slide 14 - Diapositive

Vragen
Wat zijn dit voor mensen? Waarom komen ze naar NL?
Hoe wordt er met deze mensen omgegaan in NL?
Hoeveel van hen komen er per jaar naar NL? 
Gebruik de cijfers van CBS 2022!

Slide 15 - Diapositive

400.000 immigranten in totaal 
400 blokjes
180.000 emmigranten 
saldo = 220.000

Slide 16 - Diapositive

Remigranten 
44.000

Slide 17 - Diapositive

Oekraïners 

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Vluchtelingen/nareizigers

Slide 20 - Diapositive

Studenten Eu/Non Eu

Slide 21 - Diapositive

Arbeidsmigranten EU en non EU

Slide 22 - Diapositive

Expats EU/Non Eu

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Je mag in Nederland komen wonen als je..
- een inwoner van de Europese Unie bent
- Op de vlucht bent voor oorlog/vervolging
- Trouwt met een Nederlander/je gezin wil laten overbrengen (onder strikte voorwaarden)
- Specifieke skills en/of kennis hebt waar Nederlandse bedrijven naar op zoek zijn (kennismigrant)

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Maatregelen van het kabinet
- Tijdelijke asielcrisiswet
- Asielzoekers die afgewezen worden en niet willen meewerken aan terugkeer naar hun land van herkomst, kunnen worden gestraft.
- Vluchtelingen uit Oekraïne moeten meer geld betalen
- Er mogen minder buitenlandse studenten in Nederland studeren
- Permanente verblijfsvergunning wordt afgeschaft
- Statushouders krijgen geen voorrang bij het toewijzen van sociale huurwoningen
- Gezinshereniging wordt geschrapt

Slide 28 - Diapositive

Met een strenger asielbeleid zullen er minder vluchtelingen komen
A
Ja
B
Nee

Slide 29 - Quiz

 Syrie

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Vidéo

Slide 32 - Diapositive

Door migranten hebben Nederlanders geen banen meer
A
Waar
B
Niet waar

Slide 33 - Quiz

Nederland verleent meer asielzoekers een verblijfsvergunning dan andere landen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 34 - Quiz

Nederland vangt meer asielzoekers en vluchtelingen op dan andere Europese landen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 35 - Quiz

Slide 36 - Lien

Wat is je het meest opgevallen over migratie in deze les

Slide 37 - Question ouverte