Deelsommen splitsen(PP4, Blok 3, week 1, les 4)

Splitsen van deelsommen(blok 3, week 1, les 4)
Doel vandaag: 
- Ik weet hoe ik kan splitsen met deelsommen.
- Ik kan een deelsom met grote getallen uitrekenen door het grote getal te splitsen. Sommen als 92 : 4 met 92 splitsen in 80 en 12.


1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenBasisschoolGroep 6

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Splitsen van deelsommen(blok 3, week 1, les 4)
Doel vandaag: 
- Ik weet hoe ik kan splitsen met deelsommen.
- Ik kan een deelsom met grote getallen uitrekenen door het grote getal te splitsen. Sommen als 92 : 4 met 92 splitsen in 80 en 12.


Slide 1 - Diapositive

Programma en wat heb ik nodig?
- Korte herhaling van de vorige les
- Herhaling deelsommen
- Theorie splitsen met grote getallen bij deelsommen
- De grote deelsommen quiz
- Opdrachten maken

Wat heb je nodig?
  1. Chromebook
  2. Rekenwerkboek + potlood
  3. Wisbordje + stift(voor de zekerheid op de hoek v/d tafel)

Slide 2 - Diapositive

Vorige les
Als we géén kleine som kunnen maken zoals bij 250 : 5 = ... 
wat doen we dan? 
Reken uit op je wisbordje:
(denk aan: hoe vaak gaat het getal erin 10x? 20x?)
42 : 3 = ...
92 : 4 = ...

Slide 3 - Diapositive

28 : 2 =
In welke getallen heb je gesplitst?
A
28 en 0
B
20 en 8
C
14 en 14
D
10 en 18

Slide 4 - Quiz

Deel deze twee getallen door 2
en tel ze bij elkaar op.
Jouw antwoord bij stap 3 is ...
A
10
B
12
C
14
D
16

Slide 5 - Quiz

48 : 3 =
In welke getallen heb je gesplitst?
A
48 en 0
B
20 en 28
C
40 en 8
D
30 en 18

Slide 6 - Quiz

Deel deze twee getallen door 3
en tel ze bij elkaar op.
Jouw antwoord bij stap 3 is ...
A
10
B
12
C
14
D
16

Slide 7 - Quiz

85 : 5 =
In welke getallen heb je gesplitst?
A
85 en 0
B
80 en 5
C
50 en 35
D
40 en 45

Slide 8 - Quiz

Deel deze twee getallen door 5
en tel ze bij elkaar op.
Jouw antwoord bij stap 3 is ...
A
15
B
17
C
19
D
21

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Vidéo

Hoe doe je dat nu bij grotere getallen?
  • Je hebt tot nu toe geleerd of het getal 10x of 20x in het grote getal past.
  • Je kunt natuurlijk nog veel verder gaan. 30x, 40x of zelfs 50x.
160 : 5 = ... wat past?
136 : 4 = ... wat past?
  • Wanneer gebruik je nu de kleine som en wanneer splitsen?

Slide 11 - Diapositive

De grote deelsommen quiz
  • Sommige deelsommen weet je gelijk het antwoord op.
  • Sommige grote deelsommen, moet je de tijd voor nemen om het uit te rekenen. Maak de splitsing op je wisbordje.

Slide 12 - Diapositive

Bij welke sommen past het meer dan 10x(maar géén 20x)?
A
117 : 3 =
B
95 : 5 =
C
144 : 8 =
D
72 : 3 =

Slide 13 - Quiz

Bij welke sommen past het meer dan 20x(maar géén 30x)?
A
117 : 9 =
B
198 : 6 =
C
175 : 7 =
D
115 : 5 =

Slide 14 - Quiz

50 : 10 =
A
4
B
5
C
3
D
6

Slide 15 - Quiz

60 : 2 =
A
20
B
40
C
60
D
30

Slide 16 - Quiz

48 : 4 =
A
13
B
11
C
12
D
14

Slide 17 - Quiz

100 : 20 =
A
5
B
6
C
4
D
7

Slide 18 - Quiz

55 : 5 =
A
11
B
9
C
8
D
10

Slide 19 - Quiz

91 : 7 =
A
15
B
14
C
13
D
12

Slide 20 - Quiz

400: 4 =
A
4
B
40
C
10
D
100

Slide 21 - Quiz

Maak blok 3, week 1, les 4 in je rekenwerkboek en gebruik hierbij je rekenschrift!
Klaar? eigen taken

Slide 22 - Diapositive

Hoe vond je deze les gaan?
A
B
C

Slide 23 - Quiz