Lezen - Luisteren 03-03

Tekstdoelen
instrueren
overtuigen
Aan het eind van de tekst ben ik het eens met het standpunt van de schrijver.
informeren
Aan het eind van de tekst weet ik meer over dit onderwerp.
Aan het eind van de tekst weet ik precies wat en in welke volgorde ik dit moet doen.
1 / 10
suivant
Slide 1: Question de remorquage
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Tekstdoelen
instrueren
overtuigen
Aan het eind van de tekst ben ik het eens met het standpunt van de schrijver.
informeren
Aan het eind van de tekst weet ik meer over dit onderwerp.
Aan het eind van de tekst weet ik precies wat en in welke volgorde ik dit moet doen.

Slide 1 - Question de remorquage

Wat is het doel van de tekst? 

Waar herken je dit aan?

Slide 2 - Diapositive

Overtuigen
Aan het eind van de tekst ben ik het eens met het standpunt van de schrijver.

  • standpunt en argumenten 
  • woorden als 'moeten', 'overtuigen van', 'hiermee wil ik aantonen dat..'

Slide 3 - Diapositive

Wat is het doel van de tekst?

Waar herken je dit aan?

Slide 4 - Diapositive

Informeren
Aan het eind van de tekst weet ik meer over dit onderwerp.

  • feiten

Slide 5 - Diapositive

Wat is het doel van de tekst?

Waar herken je dit aan?

Slide 6 - Diapositive

Instrueren
Aan het eind van de tekst weet ik precies wat en in welke volgorde ik dit moet doen.

  • puntsgewijs
  • gebiedende wijs

Slide 7 - Diapositive

Signalen in de tekst
  • Signaalwoorden en signaalzinnen creëren samenhang in een tekst
  • Signaalzinnen geven een aanwijzing voor wat er in een tekstdeel behandeld gaat worden
  • Signaalwoorden verwijzen naar iets wat eerder in de tekst genoemd is of wat zinnen met elkaar te maken hebben
  • Tussen alinea’s is er sprake van een tekstverband, signaalwoorden kunnen dit aangeven




Slide 8 - Diapositive

Signalen in de tekst
Gebruik onderstaande signaalwoorden om specifieke vragen te beantwoorden over verbanden in de tekst. Vragen zoals;
Waarom vind de schrijver…? Op welke manier sluit de schrijver de tekst af?
Vind je het slot / de inleiding logisch aansluiten bij de rest van de tekst? Welke zinnen horen in een samenvatting van de tekst? Uit welke alinea’s bestaat de inleiding / slot?

Slide 9 - Diapositive

Wat ga je doen?
Volgorde van zoeken in je online tool. 
  1. Studiemeter.nl
  2. ViaStarttaalOnline
  3. 3F
  4. Lezen
  5. Maak tekst 3 en 4 

Slide 10 - Diapositive