Materie H7 Par 4 deel 1 Atomen als bouwstenen

H7 Materie
7.4 Atomen als bouwstenen
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 3

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H7 Materie
7.4 Atomen als bouwstenen

Slide 1 - Diapositive

Lesprogramma
  1. Welkom
  2. Herhaling lesstof 7.3
  3. thuisopdracht
  4. Uitleg 7.4
  5. Afsluiting

Slide 2 - Diapositive

Even terug kijken 7.3
  1. Een stof kan mengsel van stoffen zijn of een zuivere stof. 
  2. Een mengsel kan je door middel van scheidingstechnieken gaan scheiden / sorteren / ordenen.
  3. Indampen -> opgeloste stof scheiden van een oplosmiddel
  4. Filtreren -> vaste stof scheiden van vloeistof
  5. Extraheren -> oplosbare stof scheiden van nietoplosbare stof
  6. Vaak worden technieken na elkaar gebruikt.

Slide 3 - Diapositive

Wat is een mengsel?
Veel stoffen die wij nodig hebben, komen uit de natuur.
Die stoffen vind je meestal niet in zuivere vorm, maar in een mengsel.
Een mengsel bestaat uit verschillende soorten moleculen.

Lucht is een mengsel van meerdere gassen
Beton is een mengsel van water, cement en zand
Extra
Net zoals bij een fase overgang, veranderen de moleculen van een stof niet. Dus de verschillende stoffen in een mengsel behouden dezelfde moleculen. 
Om die verschillende soorten moleculen van elkaar te scheiden gebruik je een scheidingsmethode

Slide 4 - Diapositive

Zuivere stoffen
Zuivere stoffen bestaan uit alleen moleculen van die stof. 


Bijvoorbeeld: een schepje suiker bevat alleen suikermoleculen.

Slide 5 - Diapositive

Stoffen scheiden

Slide 6 - Diapositive

Stoffen scheiden
Om stoffen van elkaar te scheiden, gebruik je een scheidingsmethode.

Welke je gebruikt hangt af van de stoffen die in het mengsel aanwezig zijn.
Extra
De scheidingsmethodes die wij in deze paragraaf gaan behandelen, zijn indampen, filtreren en extraheren.
Indampen
Filtreren
Extraheren

Slide 7 - Diapositive

Zuiveren
Als je een stof gaat zuiveren, ben je eigenlijk de moleculen aan het sorteren. Je zorgt ervoor dat de moleculen van dezelfde soort bij elkaar terechtkomen. Dat sorteren en zuiveren doe je door scheidingsmethodes te gebruiken.
Voorbeeld
Het zuiveren van suiker. Suikerbieten die in de fabriek worden verwerkt, bestaan voor ongeveer 20% uit suiker. Stap voor stap wordt de suiker gescheiden van de andere stoffen. Uiteindelijk blijven er dan witte kristallen over die voor meer dan 99% uit suiker bestaan.
Afbeelding 12
Een mengsel van 3 stoffen
Afbeelding 13 
3 zuivere stoffen

Slide 8 - Diapositive

thuisopdracht
Inleverdatum is geweest
Iedereen kunnen inlveveren?
vragen / opmerkingen

Slide 9 - Diapositive

7.4 deel 1
Atomen als bouwstenen

atomen
ontleden
element


Slide 10 - Diapositive

Lesdoelen
Aan het einde van deze les kun je...
  • Uitleggen wat atomen zijn.
  • Uitleggen wat het verschil is tussen scheiden en ontleden.
  • Uitleggen wat een element is.
Uitleg
Aan het einde van deze les controleer je of je deze doelen behaald hebt. 

Slide 11 - Diapositive

Moleculen

Slide 12 - Carte mentale

Atomen: De bouwstenen van moleculen
Er bestaan heel veel zuivere stoffen. Er bestaan dus ook heel veel verschillende moleculen.

Al die moleculen zijn opbouwd uit verschillende bouwstenen, ook wel atomen genoemd. 
Watermolecuul (H2O)
Ammoniak (NH3)
- wordt gebruikt om mee schoon te maken
Ethanol (C2H6O)
- scheikundige naam voor de alcohol in bier en wijn
Extra
Je kan de moleculen ook zien als legohuisjes. Om die legohuisjes te maken heb je bouwstenen nodig, de atomen. Elke kleur van een legoblokje is een atoom. 
Zo zijn er in de voorbeelden ook verschillende kleuren gebruikt. 
Wit = waterstof atoom
Rood = zuurstof atoom
Blauw = stikstof atoom
Zwart = koolstof atoom

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Wat is een atoom?
A
Een molecuul
B
Een bouwsteen van een molecuul
C
Onderdeel van een ion
D
Een stof

Slide 15 - Quiz

Vul het goede woord in, dat op de lege plaats hoort:
Stoffen bestaan uit...............

Slide 16 - Question ouverte

Vul het goede woord in, dat op de lege plaats hoort:
Moleculen bestaan uit...............

Slide 17 - Question ouverte

Stoffen ontleden
Je gaat zo een filmpje zien over het ontleden van suiker 

Na het filmpje moet je de volgende vraag beantwoorden:
- Wat zie je gebeuren? Noem daarbij minimaal 3 waarnemingen.

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Wat zag je gebeuren?
Noem minimaal 3 waarnemingen

Slide 20 - Question ouverte

Stoffen ontleden
Een molecuul kun je kapot maken. Bij het ontleden van water, worden watermoleculen kapot gemaakt.

Het ontleden van een stof is een chemische reactie (zie paragraaf 1).
Afbeelding 16 (zie boek voor scherpere foto)
Als je water ontleedt, krijg je waterstof en zuurstof
Extra
Bij het ontleden van een stof ontstaan er nieuw stoffen. De losse bouwstenen vormen nieuwe combinaties. Voor de pijl heb je namelijk 6 watermoleculen en na de pijl heb je 3 zuurstofmoleculen en 6 waterstofmoleculen. 

Slide 21 - Diapositive

Ontleden





Moleculen "kapotmaken" zodat er nieuwe moleculen ontstaan
Je start met 1 soort moleculen vóór de pijl!

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Wat is ontleden?
A
Kapot maken van atomen
B
Scheiden van moleculen
C
Opsplitsen van moleculen
D
Verbranden van atomen

Slide 24 - Quiz

Een element
Waterstof en zuurstof worden elementen genoemd. Een element is een stof die niet verder kan worden ontleed door een chemische reactie.

Een element bestaat helemaal uit 1 soort atomen. 

Aluminium folie

Extra
Er zijn iets meer dan 100 verschillende atomen, dus ook iets meer dan 100 elementen.
Houtskool
Bestaat ui 1 soort atomen: aluminiumatomen
Bestaat uit 1 soort atomen: 
koolstofatomen

Slide 25 - Diapositive

Hoeveel elementen heeft het water (H20) molecuul?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 26 - Quiz

Hoeveel elementen heeft een amoniak molecuul?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 27 - Quiz

Hoeveel elementen heeft een ethanol (alcohol) molecuul?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 28 - Quiz

Plus: Het periodiek systeem
Uitleg
Het periodiek systeem is een schema met rijen (perioden) en kolommen (groepen). Alle elementen staan hierin overzichtelijk geordend. 
De elemten staan in de rijen op volgorde van atoomnummer (aantal protonen in de kern, komt in deel 2 aan bod). 
Elementen met dezelfde eigenschappen staan onder elkaar. 
Extra
Het periodiek systeem kan je in je BiNaS vinden. In elk vakje staat een element met zijn eigenschappen. Zo staat in de afbeeldingen hierboven het atoomgetal rechts bovenaan en het massagetal links bovenaan. Verder worden de elementen aangegeven met hun symbool/afkorting. 

Slide 29 - Diapositive

Leg uit wat het verschil is tussen scheiden en ontleden.
Gebruik daarbij de woorden: 'sorteren' en 'kapot maken'

Slide 30 - Question ouverte

Leg uit wat een atoom is.

Slide 31 - Question ouverte

Leg uit wat een element is.

Slide 32 - Question ouverte

Lesdoelen
Controleer voor jezelf of je deze doelen behaald hebt:
Aan het einde van deze les kan ik...
  • Uitleggen wat atomen zijn.
  • Uitleggen wat het verschil is tussen scheiden en ontleden.
  • Uitleggen wat een element is.

Slide 33 - Diapositive

Wat vond je goed aan deze les?
Geef minimaal 1 top.

Slide 34 - Question ouverte

Wat vond je niet zo goed aan deze les?
Geef minimaal 1 tip.

Slide 35 - Question ouverte