Wat weet jij over gender?

Wat weet jij over gender?
Kennisquiz
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
BurgerschapsonderwijsMiddelbare schoolBasisschoolvmbo t, mavo, havo, vwoGroep 7,8Leerjaar 1-3

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 35 min

Introduction

De les Wat weet jij over gender? is een kennisquiz die leerlingen inzicht geeft in verschillende termen en feiten met betrekking tot gender.

Instructions

Dit lesprogramma duurt 35 minuten en is ontwikkeld voor basisschoolleerlingen uit groep 7 & 8 en leerlingen van de onderbouw voortgezet onderwijs. 

Leerdoelen
  • Leerlingen kennende betekenis van verschillende termen met betrekking tot gender
  • Leerlingen begrijpen dat ideeën over gender cultureel bepaald zijn.
  • Leerlingen denken na over hun eigen ideeën met betrekking tot mannelijkheid en vrouwelijkheid.
Lees van tevoren de docentenhandleiding. Vervolgens speel je de les af via het digibord. Geef de leerlingen de inlogcode waarmee zij individueel op de vragen kunnen reageren.    

Éléments de cette leçon

Wat weet jij over gender?
Kennisquiz

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Bij gender denk ik aan:  

Slide 2 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions


Sekse betekent:
A
Op wie je verliefd wordt
B
Geslacht waar mee je geboren bent

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Er zijn twee genders: 'mannelijk' en 'vrouwelijk'
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


 Een muxe is:
A
een persoon met twee geslachten
B
een derde gender in Mexico

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


In iedere klas zit gemiddeld 1 leerling die zich niet thuis voelt bij de hokjes 'jongen' of 'meisje'
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat is genderidentiteit?
A
Hoe je jezelf voelt met betrekking tot je gender
B
Hoe je je gender laat zien

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat is genderexpressie?
A
Hoe je over je gender denkt
B
Wat je van je gender laat zien aan anderen

Slide 8 - Quiz

T

Een rok dragen is mannelijk.
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Hoe laat jij zien wat je genderidentiteit is? 
Geef 1 voorbeeld:

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions


Wie wordt cis-gender genoemd?
A
Iemand die geboren is als jongen en zich ook een jongen voelt
B
Iemand die geboren is als jongen maar zich een meisje voelt

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Geaardheid betekent:
A
Op wie je verliefd wordt
B
Wat voor karakter je hebt

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Je gender bepaalt op wie je verliefd wordt.
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Wie is transgender?
A
Mensen die zich graag kleden als een ander geslacht dan ze bij de geboorte kregen
B
Mensen die zich niet thuis voelen bij het geslacht dat zij bij de geboorte kregen

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Is transgender iets van deze tijd?
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Wereldwijd is er een ontelbare veelheid aan ideeën over mannelijkheid, vrouwelijkheid en vele andere mogelijkheden.
A
Ja
B
Nee

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

WE ZIEN JULLIE GRAAG IN HET MUSEUM

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions