3.5 Het parlement controleert

1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Wie stemt er over een wetsvoorstel?
A
De regering
B
Eerste Kamer
C
Kabinet
D
Eerste en Tweede Kamer

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

WAAR
NIET WAAR
De Tweede Kamer heeft 150 leden
De Eerste Kamer wordt direct gekozen
Ministers zitten in de Tweede Kamer
Regering is een ander woord voor Eerste- en Tweede Kamer
De Tweede Kamer mag wetsvoorstellen aanpassen
Het parlement controleert de ministers

Slide 8 - Question de remorquage

werkboek 3.5
Werk de leerdoelen uit

Slide 9 - Diapositive

een Kamerlid dat een wijziging in een wetsvoorstel wil, maakt gebruik van het ...
A
recht van initiatief
B
recht van motie
C
recht van interpellatie
D
recht van amendement

Slide 10 - Quiz

Het indienen van een wetsvoorstel.
A
Recht van amendement
B
Recht van Interpellatie
C
Recht van initiatief
D
Recht van motie

Slide 11 - Quiz

recht van amendement,
Wie heeft dit recht en wat betekent het?
A
alleen de Tweede Kamer wijziging wetsvoorstel
B
alleen de Eerste Kamer wetswijziging
C
alleen de Tweede Kamer, debatteren over een wet
D
alleen de Eerste Kamer, wetsvoorstel

Slide 12 - Quiz

Welke 2 beweringen zijn juist?
A
De Tweede Kamer mag een wet veranderen
B
De Eerste Kamer mag een minister ter verantwoording roepen
C
De Tweede Kamer mag een onderzoek instellen
D
De Eerste kamer mag een wetsvoorstel doen

Slide 13 - Quiz

Wat is een taak van de Tweede Kamer?
A
De Eerste Kamer controleren
B
De ministers controleren
C
de Tweede Kamer controleren
D
ze doen alles in de politiek

Slide 14 - Quiz

Recht van initiatief heeft/hebben:
A
De Eerste Kamer
B
De Tweede Kamer
C
Beide Kamers

Slide 15 - Quiz

De Tweede Kamer heeft twee taken: de controlerende en de wetgevende.  Geef aan bij welke taak van de Tweede Kamer elk recht hoort. 
Controlerende taak
Wetgevende taak
Recht van initiatief
Recht van interpellatie
Recht van amendement
Recht van enquete

Slide 16 - Question de remorquage

Een wijziging van een wetsvoorstel indienen.
A
Recht van amendement
B
Recht van Interpellatie
C
Recht van initiatief
D
Recht van motie

Slide 17 - Quiz

Bij welk recht hoort:
Een minister voor een spoeddebat naar de kamer roepen.
A
Recht van amendement
B
Recht van Interpellatie
C
Recht van initiatief
D
Recht van motie

Slide 18 - Quiz

Wat is de sterkste reactie die de Tweede Kamer kan uiten op beleid van een minister?
A
Motie van treurnis
B
Motie van afkeuring
C
Motie van aftreden
D
Motie van wantrouwen

Slide 19 - Quiz

Van welk recht maakt de Tweede Kamer gebruik als een minister op het matje wordt geroepen?
A
Parlementair onderzoek
B
Recht van amendement
C
Recht van interpellatie
D
Motie van wantrouwen

Slide 20 - Quiz

Wat is een controlerende taak van het parlement
A
recht van initiatief
B
recht van amendement
C
recht van interpellatie

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Diapositive

in de nieuwe regering zit de VVD niet in de
A
oppositie
B
coalitie
C
Tweede kamer
D
regering

Slide 23 - Quiz

Hoe worden de regeringspartijen genoemd?
A
kabinet
B
coalitie
C
oppositie
D
regering

Slide 24 - Quiz


Wat is oppositie?
A
Overzicht van de regeringsplannen
B
De partijen in de Tweede Kamer die niet in de regering zitten
C
Een plan om een maatschappelijk probleem op te lossen
D
De ministers en staatssecretarissen

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Lien

Leg uit hoe bijzonder het is dat de Donorwet is aangenomen in de Tweede Kamer. Gebruik in je uitleg de begrippen coalitie en oppositie

Slide 28 - Question ouverte