Brandweer Adembescherming toets
1 / 11
La durée de la leçon est: 90 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Wat is een belangrijke kenmerk van een brandweerhelm?
A
Het heeft een ingebouwde lamp
B
Het maakt geluid
C
Het biedt bescherming tegen vallende voorwerpen
Slide 2 - Quiz
Waartegen dient bluskleding bestand te zijn?
A
Tegen hode temperaturen
B
Tegen gitige gassen
C
Tegen Radioactieve gassen
Slide 3 - Quiz
Wat geldt voor onderstaande beweringen?
1. Bij het gebruiken van een gelaatstuk is het dragen van een baard verboden.
2. Bij het gebruiken van een gelaatstuk is het dragen van contactlezen verboden
1. Bij het gebruiken van een gelaatstuk is het dragen van een baard verboden.
2. Bij het gebruiken van een gelaatstuk is het dragen van contactlezen verboden
A
Alleen 1 is juist
B
Alleen 2 is juist
C
beiden zijn juist
Slide 4 - Quiz
Hoeveel bar moet een ademluchtfles van 300 bar bij het in gebruik nemen minimaal bevatten?
A
225 bar
B
270 bar
C
285 bar
Slide 5 - Quiz
Wat moet nummer 1 als eerste doen als hij tijdens de verkenning met ademlucht een vaste obstakel tegenkomt?
A
het obstakel aanwijzen
B
het obstakel benoemen
C
het obstakel uit de weg halen
Slide 6 - Quiz
Wat moet u als eerste doen als u tijdens een inzet met ademlucht door een gat wilt kruipen?
A
de omgeving van het gat verkennen
B
op uw buik gaan liggen
C
een ladder in het gat plaatsen
Slide 7 - Quiz
Een ademluchtmaskerdrager moet een slachtoffer opsporen in een ruimte die gevuld is met rook, welke zintuig kan de ademluchtdrager in deze situatie nog gebruiken?
A
het gehoor
B
het gezichtsvermogen
C
de reuk
Slide 8 - Quiz
U bent met ademluchtbescherming in een gebouw bezig met bluswerkzaamheden. bij het begin van de inzet bedraagt uw flesdruk 275 bar. bij aankomst in het werkgebied bedraagt uw flesdruk 240 bar. hoeveel druk heeft u beschikbaar voor de bluswerkzaamheden als het akoestisch waarschuwingsignaal afgesteld op 60 bar is?
A
145 bar
B
150 bar
C
165 bar
Slide 9 - Quiz
Voor welke doel wordt chemicalienpak gebruikt? ter berscherming tegen,
A
druppels van bepaalde stoffen en bepaalde restproducten op de verpakking
B
de inwerking van gevaarlijke stoffen op luchtwegen
C
gasvormige of zeer vluchtige, giftige en/of agressieve stoffen
Slide 10 - Quiz
Tot welk type ademgiffen behoort stikstof?
tot het type ademgiffen
tot het type ademgiffen
A
met een prikkelende werking
B
met een verstikkende werking
C
dat inwerkt op het zenuwstelsel
