Ecologie

Wat zijn biotische factoren?
A
Levende factoren
B
Levenloze factoren
1 / 26
suivant
Slide 1: Quiz
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Wat zijn biotische factoren?
A
Levende factoren
B
Levenloze factoren

Slide 1 - Quiz

Wat is biodiversiteit?
A
het aantal oorspronkelijke plantensoorten
B
het aantal oorspronkelijke diersoorten
C
de variatie aan soorten in de natuur
D
het verdwijnen van soorten in de natuur

Slide 2 - Quiz

De mens is afhankelijk van zijn omgeving voor .....
A
grondstoffen
B
voedsel en zuurstof
C
water en energie
D
recreatie

Slide 3 - Quiz

Leg in eigen woorden uit wat Herintroductie betekend

Slide 4 - Question ouverte

Waarom heeft een ijsbeer een witte vacht
A
Tegen de kou
B
Dan valt hij minder op

Slide 5 - Quiz

Waarom heeft een cactus stekels
A
Zodat de hitte minder snel bij de huid komt
B
Tegen koude nachten
C
Zodat de plant meer vocht krijgt

Slide 6 - Quiz

Wat is een A-biotische factor?
A
Soortgenoten
B
Voedsel
C
Dode bladeren
D
Wind

Slide 7 - Quiz

Wat is een individu?
A
Een eikenboom
B
Verschillende bomen in een gebied.
C
Alle eikenbomen in een gebied
D
Alle biotische en abiotische factoren in een gebied.

Slide 8 - Quiz

Een plant is een....
A
Producent
B
Consument
C
Reducent

Slide 9 - Quiz

Een konijn is een......
A
Producent
B
Consument
C
Reducent

Slide 10 - Quiz

Een pissebed (afvaleter) is een....
A
Producent
B
Consument
C
Reducent

Slide 11 - Quiz

Een schimmel is een.....
A
Producent
B
Consument
C
Reducent

Slide 12 - Quiz

Zie je hier 1
of meer voedselketens?
A
Één voedselketen
B
Meerdere voedselketens

Slide 13 - Quiz

Wat valt op aan waterdieren?
A
Hebben kieuwen
B
Hebben geen poten
C
Zijn gestroomlijnd
D
Hebben vinnen

Slide 14 - Quiz

Welke hoort er niet bij?
A
Teengangers
B
Topgangers
C
Voetgangers
D
Zoolgangers

Slide 15 - Quiz

Een struisvogel valt onder de groep
A
Loopvogels
B
Steltlopers
C
Roofvogels
D
Zangvogels

Slide 16 - Quiz

Een vink heeft een
A
pincetsnavel
B
priemsnavel
C
zeefsnavel
D
kegelsnavel

Slide 17 - Quiz

Waneer bloeien schaduwplanten meestal?
A
Voorjaar
B
Zomer
C
Najaar
D
Winter

Slide 18 - Quiz

Wat is geen A-biotische factor?
A
Lucht
B
Voedsel
C
Neerslag
D
Wind

Slide 19 - Quiz

Wat is een populatie?
A
Een eikenboom
B
Verschillende dieren in 1 gebied
C
Een groep individuen van dezelfde soort in 1 gebied
D
Alles wat in 1 gebied is

Slide 20 - Quiz

Wat is niet 1 van de ecologie niveaus?
A
Ecosysteem
B
Populatie
C
Individu
D
Levensgroep

Slide 21 - Quiz

Een plant in een droog gebied heeft vaak
A
Een groot wortelstelsel
B
Een klein wortelstelsel

Slide 22 - Quiz

Hoe noemen we bacteriën en schimmels?
A
consumenten
B
reducenten
C
allesetters
D
producenten

Slide 23 - Quiz

Waar horen pissebedden bij?
A
producenten
B
consumenten 2e orde
C
afvaletters
D
reducenten

Slide 24 - Quiz

Wat is (populatie) evenwicht?

Slide 25 - Diapositive

Wat zijn gunstige factoren voor populatiegroei?

Slide 26 - Carte mentale