Rekenbingo: Oefen je rekenvaardigheden!

Rekenbingo: Oefen je rekenvaardigheden!

Leerdoel

Aan het einde van de les kun je rekenopgaven op MBO niveau 2 oplossen en een bingospel spelen om je vaardigheden te oefenen.

Wat weet je al over rekenopgaven op MBO niveau 2?

Rekenopgaven op MBO niveau 2

Basisvaardigheden toegepast in realistische situaties, zoals verhoudingen, procenten en eenvoudige berekeningen.

Bingospel uitleg

Een bingokaart met rekenopgaven wordt gebruikt om vaardigheden te oefenen en te testen.

Bingokaarten maken

Maak 25 vakjes en vul ze met verschillende rekenopgaven op MBO niveau 2.

Spelregels

Een speler roept een rekenopgave, deelnemers zoeken het antwoord op hun bingokaart. De eerste met een volle rij wint.

Praktijkvoorbeelden

Geef voorbeelden van rekenopgaven die veel voorkomen op MBO niveau 2, zoals prijsberekeningen en verhoudingen.

Samenwerken

Speel het bingospel in groepen om samen te werken en elkaars rekenvaardigheden te verbeteren.

Controleren van antwoorden

Na elke roep van een rekenopgave, controleer of de antwoorden juist zijn en leg de oplossingen kort uit.

Competitie element

Voeg een competitief element toe door prijzen aan te bieden voor winnende bingokaarten.

Reflectie

Bespreken wat de studenten hebben geleerd en hoe ze hun rekenvaardigheden kunnen verbeteren.

Herhaling van rekenopgaven

Herhaal enkele rekenopgaven die moeilijk waren voor de studenten, om de vaardigheden verder te versterken.

Feedback

Vraag de studenten om feedback over de les en het bingspel, en bespreek eventuele verbeterpunten.

Evaluatie

Evalueer de kennis en vaardigheden van de studenten door enkele rekenopgaven op te lossen.

Einde

Bedank de studenten voor hun deelname en moedig ze aan om verder te oefenen.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.