Basisstof 1: Organismen

Levend - dood - levenloos
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Levend - dood - levenloos

Slide 1 - Diapositive

Programma
  • Afspraken (5 minuten)
  • Biologie in klas 2 (10 minuten)
  • Introductieopdracht (10 minuten)
  • Uitleg over basisstof 1 (20 minuten)
  • Aan de slag (15 minuten)
  • Nakijken (5 minuten)
  • Werkvorm? (10 minuten)
  • Afsluiting les (5 minuten)

Slide 2 - Diapositive

Afspraken 
Elke les:
  • Boek en aantekeningenschrift mee
  • Voorbereid (Huiswerk gemaakt in het boek, spullen bij,  les doorgelezen)
  • Pen en potlood bij
  • Laptop of tablet mee om de les te volgen
  • (Online) opdrachten worden gemaakt in het boek
  • Huiswerk schrijf je op in een agenda
  • Spullen niet op orde zonder geldige reden = strafwerk (ook de eerste keer)

  • Luister naar elkaar en naar de docent. Steek je vinger op als je iets wilt vragen/zeggen/vertellen 
  • Geen jas, er zijn kapstokken en je hebt een kluisje
  • Geen telefoon! Hier bestaat ook geen discussie over
  • De gewone schoolregels gelden, ook bij mij. 

Slide 3 - Diapositive

Afspraken
Wat nu als je één van de afspraken niet nakomt/niet voorbereid bent?
  • Eén keer kan gebeuren. Niet iedereen is perfect
  • Tweede keer: Halve samenvatting schrijven + mail naar huis
  • Derde keer: Hele samenvatting schrijven + Handtekening van thuis 


Slide 4 - Diapositive

Leerdoel
  • Je weet wat een begrip en wat een definitie is.
  • Je kunt de definitie geven van biologie.
  • Je kunt de definitie geven van een organisme.
  • Je kunt uitleggen wat levenskenmerken zijn en hoe deze worden ingedeeld
  • Je kunt het verschil tussen levend, dood en levenloos uitleggen.


Slide 5 - Diapositive

Biologie

Slide 6 - Carte mentale

Biologie
Biologie is de leer van het leven

Biologie = het begrip
De leer van het leven = de definitie




Het woord ‘biologie’ is samengesteld uit de Griekse woorden bios en logos. Deze woorden staan voor: ‘leven’ en ‘wetenschap’ of ‘de leer van’.

Slide 7 - Diapositive

Wat hoort er bij biologie?
WEL
NIET

Slide 8 - Question de remorquage

Een organisme
Als iets leeft, dan noemen we dat een levend wezen. De officiële naam is een organisme.
Een organisme vertoont: Levenskenmerken
Dus: een organisme is een levend wezen.


Wat bedoelen we met leven? En wat is het tegenovergestelde van leven? Dood of levenloos? Is levenloos hetzelfde als dood?
Het wordt zo wel erg ingewikkeld. Daarom is er afgesproken door alle wetenschappers, dat elk begrip één betekenis krijgt. Afgesproken!?

Slide 9 - Diapositive

Basisstof 1: Organismen
Zeven levenskenmerken:
Stoffen opnemen en afgeven
  • Ademhalen
  • Voeden
  • Uitscheiden

Slide 10 - Diapositive

Basisstof 1: Organismen
Zeven levenskenmerken:
Reageren op de omgeving
  • Waarnemen
  • Bewegen

Slide 11 - Diapositive

Basisstof 1: Organismen
Zeven levenskenmerken:
Voortbestaan
  • Voortplanten
  • Groeien

Slide 12 - Diapositive

Levend - dood - levenloos
Iets is levend als het levensverschijnselen vertoont.

Iets is dood als het geen levensverschijnselen meer vertoont.

Iets is levenloos als het nooit levensverschijnselen heeft vertoond.

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Dood, levend of levenloos?

Slide 15 - Diapositive

Organisatieniveaus
Biologen kijken op verschillende niveau's hoe organismen werken.

4 = organisme
Erboven zit:
= populatie
= ecosysteem
= biosfeer

Slide 16 - Diapositive

Organisatieniveaus
Biologen kijken op verschillende niveau's hoe organismen werken.

4 = organisme
Eronder zit:
5= orgaanstelsel
6= orgaan
7= weefsel
8= cel
9= celorganel
10= molecuul

Slide 17 - Diapositive

Organisatieniveaus
Misschien vind je dit lastig voor de stellen.
Daarom oefenen we met:
- Verrekijkers(organisme, populatie, ecosysteem)
- Blote oog (organisme, orgaanstelsel, orgaan)
- Microscoop (weefsel, cel)

Slide 18 - Diapositive

Oefenen!
Bekijk de afbeelding/lees de vraag en geef het juiste antwoord.

Slide 19 - Diapositive


A
levend
B
dood
C
levenloos

Slide 20 - Quiz


A
levend
B
dood
C
levenloos

Slide 21 - Quiz


A
levend
B
dood
C
levenloos

Slide 22 - Quiz


A
levend
B
dood
C
levenloos

Slide 23 - Quiz


A
levend
B
dood
C
levenloos

Slide 24 - Quiz


A
levend
B
dood
C
levenloos

Slide 25 - Quiz

Geef de definitie van een organisme

Slide 26 - Question ouverte

Terugblik
Je weet wat een begrip en wat een definitie is.
Je kunt de definitie geven van biologie.
Je kunt de definitie geven van een organisme.
Je kunt het verschil tussen levend, dood en levenloos uitleggen.

Slide 27 - Diapositive

Wat heb je onthouden deze les?

Slide 28 - Question ouverte

Leerdoelen check:
Je weet wat een begrip en wat een definitie is.
Je kunt de definitie geven van biologie.
Je kunt de definitie geven van een organisme.
Je kunt beschrijven wat levenskenmerken zijn en hoe deze ingedeeld worden
Je kunt het verschil tussen levend, dood en levenloos uitleggen.
A
Makkie!
B
Ik weet niet wat een begrip is.
C
Ik weet niet wat een definitie is.
D
Ik moet het even rustig nalezen.

Slide 29 - Quiz

Ik vond deze les....
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Sondage

Huiswerk voor de volgende les
Maken: Opdracht 1 t/m 3, 4, 6, 7 t/m 9 In je boek
Maken in je schrift: Begrippenlijst van de dikgedrukte woorden met betekenis in je schrift
Lezen: Basisstof 2 (weet waar het over gaat)

Slide 31 - Diapositive

Volgende les

Groei en ontwikkeling

"Wat is het verschil tussen groei en ontwikkeling?"

Slide 32 - Diapositive