Uiterlijke Verzorging Hoofdstuk 1 (STRUX)

H1-Je lichaam verzorgen
Doelen:
  • Je eigen lichaamsverzorging
  • Manieren waarop je je huid kunt verzorgen
  • Verschillende huidverzorgingsproducten
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
ik en de maatschappijPraktijkonderwijsLeerjaar 1

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

H1-Je lichaam verzorgen
Doelen:
  • Je eigen lichaamsverzorging
  • Manieren waarop je je huid kunt verzorgen
  • Verschillende huidverzorgingsproducten

Slide 1 - Diapositive

De huid

Je huid is het grootste orgaan van je hele lichaam.
Met je huid kun je voelen.
De huid zorgt ervoor dat je lichaamstemperatuur zo veel mogelijk gelijk blijft.
Is het erg warm? Of heb je jezelf flink ingespannen?






Dan ga je zweten door je huid. Daardoor koel je af,
Is het koud? Dan krijgt je kippenvel. Daardoor koel je juist minder snel af. 

Slide 2 - Diapositive

Je huid is opgebouwd uit 3 lagen: 
  • de onderhuid
  • opperhuid
  • de lederhuid
De opperhuid is de bovenste laag van de huid. Daar steken de haren uit. 

De opperhuid moet je schoonhouden en goed verzorgen. 
De kleurstof in de huid noem je pigment.













Slide 3 - Diapositive

De huid beschermt je dus tegen kou en warmte. 

Maar ook tegen infecties. Je kunt een infectie krijgen als een bacterie of virus je lichaam binnendringt. 
De huid houdt bacteriën en virussen tegen.






Slide 4 - Diapositive

Waar denk jij aan bij het woord: 'Huidverzorging'?

Slide 5 - Carte mentale

Wat gebeurt er met je huid als je het koud hebt?
A
Je gaat zweten
B
Je krijgt kippenvel

Slide 6 - Quiz

Wat gebeurt er met je huid als je flink sport?
A
Je gaat zweten
B
Je krijgt kippenvel

Slide 7 - Quiz

Welk deel van de huid kun je zien?
A
de onderhuid
B
de lederhuid
C
de opperhuid
D
dermis

Slide 8 - Quiz

Hoe heet de kleurstof in je huid?
A
verf
B
pigment
C
ecoline
D
magenta

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Vidéo

opdr 4. De huid op mijn arm is:
A
blank/ beige
B
(licht)getint
C
bruin
D
donker-bruin

Slide 11 - Quiz

opdr 4. De huid op mijn arm is:
A
droog
B
normaal
C
vet
D
ik heb geen idee..

Slide 12 - Quiz

opdr 4. De haren op mijn arm zijn:
A
lang
B
kort
C
dun
D
dik

Slide 13 - Quiz

opdr 4. De haren op mijn arm zijn:
A
veel
B
weinig

Slide 14 - Quiz

opdr 4. Ik heb sproeten op mijn arm:
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quiz

0

Slide 16 - Vidéo

Zeep heeft 2 hoofd-ingrediënten: Natriumhydroxide en ......

Slide 17 - Question ouverte

opdr 6: je moet je lichaam 1 keer per ...... wassen.
A
dag
B
week

Slide 18 - Quiz

opdr 6: Je moet je lichaam goed insmeren met ...........
A
water
B
zeep

Slide 19 - Quiz

opdr 6: De zeep maakt de .......... dood.
A
bacteriën
B
huid-schilfers

Slide 20 - Quiz

opdr 6: spoel je lichaam af met ...........
A
vet
B
water

Slide 21 - Quiz

opdr 6: droog je af met een ................ handdoek.
A
schone
B
gebruikte

Slide 22 - Quiz

opdr 7
Moet je je na het sporten weer wassen / douchen?
Ja. Dat is wel zo fris
Nee. Je stinkt toch niet?

Slide 23 - Sondage

Lichaamshygiëne

Je huid wordt vuil, Bijvoorbeeld door stof en ander vuil.
Maar ook door zweet, huidschilfers en huidvet.
Huidschilfers zijn stukjes oude huid die van je lichaam afvallen.











Huidvet is een dun laagje vet dat op je huid zit.
Omdat je huid vuil wordt, moet je je lichaam goed schoonhouden.
Het schoonhouden van het lichaam noemen we 'lichaamshygiëne'. 

Slide 24 - Diapositive

Was je lichaam elke dag met een schone washand, zeep en water.
Een schone washand betekent hier: schoon uit de was.
Je kunt je wassen bij de wastafel. Of onder de douche. 













Zeep je lichaam goed in. De zeep maakt de bacteriën dood.
Spoel je daarna af met water. Droog je af met een schone handdoek. 

Slide 25 - Diapositive

Douchen en het milieu
Neem jij vaak een douche? Let dan ook op het milieu!
Hoe doe je dat?
Ga niet te lang onder de douche. 
5 minuten is genoeg.
Er is veel energie - bijvoorbeeld gas - nodig om water te verwarmen.
Douch je vaak én lang? Dan verspil je veel water en energie. Dat is slecht voor het milieu. 










Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Waarom moet je niet te lang onder de douche staan?

Slide 28 - Question ouverte

Verzorgingsproducten kiezen

Er zijn veel verschillende soorten verzorgingsproducten voor de huid.
Bijvoorbeeld 
zeep, wasgel of douchecrème. 

Maar ook deodorant en bodylotion of olie om je huid mee in te smeren.




Slide 29 - Diapositive

Niet iedereen verdraagt alle producten. Sommige mensen zijn overgevoelig voor een bepaald product.

Dan krijg je bijvoorbeeld bultjes op je huid als je dat product gebruikt. 

Dan kun je beter een ander verzorgingsproduct uitproberen.








Je kiest voor verzorgingsproducten die:
  • je goed verdraagt en waar je niet overgevoelig voor bent 
  • prettig aanvoelen op je huid
  • lekker ruiken.
 

Slide 30 - Diapositive

opdr 10
Maak opdracht 10 en lees het blauwe vlak op bladzijde 11.

Slide 31 - Diapositive

Hoe vond je de les gaan?
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Sondage