Bijwoord uitleg en oefening

Bonjour! 

Au programme; L'adverbe (bijwoord) 
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Bonjour! 

Au programme; L'adverbe (bijwoord) 

Slide 1 - Diapositive

L'adverbe = bijwoord

Slide 2 - Diapositive

Les objectifs
  • Je weet de verschillen tussen het bijv nw en het bijwoord
  • Je kunt het bijwoord herkennen en actief gebruiken.

Slide 3 - Diapositive

Wat weet je al over l'adjectif (bvnw.) en l'adverbe (bijwoord)?

Slide 4 - Carte mentale

Les différences

Slide 5 - Diapositive

L'adjectif

* zegt iets over een zelfstandig naamwoord
*heeft 4 vormen; mannelijk ,vrouwelijk, meervoud mnl/vrl 


C'est une fille calme.

L'adverbe

*zegt iets over een werkwoord, bijv nw, een ander bijwoord of een hele zin.
*meestal te herkennen aan ;
-ment

Elle parle calmement.

Slide 6 - Diapositive

Hoe maak je een bijwoord?
Regelmatige vormen worden gemaakt vanuit het adjectif (bvnw.)

Slide 7 - Diapositive

Bijv nw
groep 1: op klinker, zoals poli= beleefd
groep 2: op medeklinker,zoals
amical=vriendschappelijk
heureux=gelukkig
attentif=oplettend
groep 3: op -ent of - ant zoals 
prudent=voorzichtig of méchant = gemeen







Bijwoord
poli+ ment= poliment

amicalement(eerst vrouwelijk maken, dan +ment)
heureusement
attentivement
prudemment
méchamment

Slide 8 - Diapositive

groep 4: op -ant, zoals constant=constant
Groep 5= onregelmatig!
Bon= goed
mauvais=slecht
meilleur= beter
gentil= aardig
long= lang

constamment


bien
mal
mieux
gentiment
longtemps

Slide 9 - Diapositive

Voorbeeldzinnen;
1. Marc est un bon élève, il travaille bien.
Marc is een goede leerling, hij werkt goed.
2. Nous avons attendu longtemps.
longtemps=bijwoord, zegt iets over gewacht=ww
3. Ce prof explique mal ce que nous devons faire, c'est un mauvais prof. 
mal; zegt iets over werkwoord expliquer, mauvais over prof


Slide 10 - Diapositive

Kijk en luister mee!
In het volgende filmpje wordt het verschil nog eens uitgelegd tussen bijv nw en bijwoord, maar dan in het Frans! 
(Ook goed voor je luistervaardigheid en uitspraak)

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

A toi maintenant!

Slide 13 - Diapositive

(rapide)Elle parle ....

Slide 14 - Question ouverte

(goed) Grosjean est un ....coureur

Slide 15 - Question ouverte

(slecht) Pardon, j'ai .... compris ta question

Slide 16 - Question ouverte

(courant-vloeiend) Ces élèves parlent français ......

Slide 17 - Question ouverte

(beter) Il pense toujours pouvoir faire ....

Slide 18 - Question ouverte

(sérieux=serieus) Elle est une étudiante .....

Slide 19 - Question ouverte

(beter) Hier, il a joué .....

Slide 20 - Question ouverte


Hoe is het gegaan?
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Sondage