LSJ H2 U1 passé composé les 2

Bienvenue 
Objectifs:
  • Ik kan uitleggen hoe je de passé composé vormt (met avoir en être)
  • Ik kan zeggen wat ik de afgelopen vakantie heb gedaan 
 
Programme:
  • Brainstorming
  • Exercices dans le livre et vidéo
  • Parler/écrire: tu as fait quoi pendant les vacances ?
  • Devoirs 

1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 10 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Bienvenue 
Objectifs:
  • Ik kan uitleggen hoe je de passé composé vormt (met avoir en être)
  • Ik kan zeggen wat ik de afgelopen vakantie heb gedaan 
 
Programme:
  • Brainstorming
  • Exercices dans le livre et vidéo
  • Parler/écrire: tu as fait quoi pendant les vacances ?
  • Devoirs 

Slide 1 - Diapositive

Qu'est-ce que tu sais déja? 🤔​


1. Pense
Denk individueel na over wat je weet over de passé composé. Kun je iets in het Frans vertellen dat in het verleden is gebeurd?  Schrijf alles wat je weet op in je schrift.



2. Partage
Overleg in tweetallen of drietallen over wat je hebt opgeschreven. Vul je aantekeningen aan, corrigeer ze indien nodig.


3. Présente
We maken samen een mindmap met jullie antwoorden.


timer
1:30
timer
2:00

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

📖 Exercice 16B p. 23
timer
4:00
Fini? Lis p. 24

Slide 4 - Diapositive

a) is naar huis gegaan
b) ben gegaan 
c) zijn aangekomen
d) zijn de klas binnen gegaan 
être
e
s
e
/

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Slide 7 - Diapositive

📖 Exercice 16C p. 25
timer
5:00
Theorie p. 24
Fini? Help iemand die hulp nodig heeft (≠ antwoorden laten zien) of oefen verder met 16D p. 25

Slide 8 - Diapositive

💬Tu as fait quoi pendant les vacances ?
Exemple
L'été dernier je suis allée en France en train.
L'été dernier Léa (elle) est allée en France en train.
1. Bereid een paar zinnen voor om de vragen te beantwoorden. Schrijf ze op in "mes vacances".

2. Travaillez à deux. Stel de vragen aan elkaar en beantwoord ze.

3. Wat heeft je klasgenoot gedaan tijdens de vakantie? Schrijf een paar zinnen (in "les vacances de ...") om het te vertellen.

4. Lever je blad in

Let op de uitgangen als je de passé composé
met être gebruikt

Slide 9 - Diapositive

  • Ik kan uitleggen hoe je de passé composé vormt (met avoir en être)

  • Ik kan zeggen wat ik de afgelopen vakantie heb gedaan 
Devoirs pour lundi
  • Spullen mee
  • Apprends apprendre 5 p. 40
  • Fais en ligne le menu au choix de grammaire II (kies 16G, 16H of 16I)

👍    😐    👎
comme ci 
comme ça

Slide 10 - Diapositive