1.1 Organismen

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 3

Biologie

VMBO-BB 3

Biologie

Hoe werken we tijdens Bio

De lessen geef ik met LessonUp, deze lessen kunnen jullie ook thuis openen en daarmee leren voor de toets. 

We maken zoveel mogelijk opdrachten samen tijdens de les. Wat niet af komt maak je zelf thuis af. 

Van elk hoofdstuk maak je een samenvatting.

Deze samenvatting bewaar je in een map/schrift want die ga je nodig hebben voor het eindexamen!

Aanmelden boek

• Ga naar magister leermiddelen
  
• Selecteer Biologie voor Jou van Malmberg


• Gebruik de klassencode: 738483

Aanmelden LessonUp

1. Ga naar lessonup.com in de browser (google)
2. Vul de klascode in
3. Als je nog geen account hebt dan klik in het scherm wat je krijgt op 'Registreren'
4. Als je wel een account hebt dan klik je op "inloggen"  
5. Gebruik het e-mail adres van school. Gebruik je eigen naam. 
6. Sla het wachtwoord op als dit gevraagd wordt.

ZWXFU

2A

FRHCD

2E

NHCYP

2F

3ZWK

HHJWH

3GL

VYIYQ

4ZWB

QVBSW

In LessonUp staat deze les open voor jullie, kom in de les

Zet hieronder je inloggegevens neer,
email wat je gebruikt hebt en je wachtwoord.

Thema 1 - Organen en cellen

Leerjaar 3 

1e toetsweek: 

Hoofdstuk 1  Organen en cellen

+

Hoofdstuk 2 Stevigheid en beweging

+

Hoofdstuk 3 Verteringsstelsel

en excursie anatomisch museum (voor deze opdracht krijg je een cijfer die deel uit maakt van je practicumdossier cijfer)

Thema 1 - Organen en cellen

1.1 - Organismen

1.2 - De bouw van een organisme

1.3 - Cellen van planten en dieren

1.4 - Chromosomen

1.5 - Gewone celdeling (mitose)

1.6 - Reductiedeling (meiose)

Thema 1 - Organen en cellen

1.1 - Organismen

ToDo:

Leerdoelen van vandaag: 

1.1.1 Je kunt negen levenskenmerken van organismen noemen.

1.1.2 Je kunt de levensfasen van de mens noemen met de gemiddelde leeftijden en voorbeelden van ontwikkeling geven.

Dieren, planten en mensen zijn levende wezens. Dat kun je zien aan de levenskenmerken. Een levend wezen noemen we een organisme.

Een organisme herken je aan de levenskenmerken. 

Levenskenmerken

1. Ademhalen
2. Voortplanten
3. Uitscheiden
4. Reageren op prikkels
5. Voeden
6. Groeien
   
7. Ontwikkelen
8. Bewegen
9. Stofwisseling

Groei

Het groter en zwaarder worden van een organisme. 

Alle organismen groeien, maar soms zie je dat bijna niet.  

Ontwikkeling

Veranderingen in de bouw van een organisme.

Het kikkervisje had eerst nog geen poten, later wel.

Stofwisseling

In je lichaam worden stoffen omgezet in andere stoffen. Dit heet stofwisseling. Hierbij horen:

• Voeden
• Ademhalen
• Uitscheiding

Stofwisseling

Levensloop en levenscyclus

• Een individu heeft een levensloop. Dit begint bij de geboorte en eindigt bij de dood van één individu. Als een individu doodgaat blijft de soort bestaan. 
• Elk soort heeft een levenscyclus. Deze begint elke keer opnieuw. In een levenscyclus gaat elk individu dood en blijft de soort bestaan. 

Levenscyclus van een KIP

Eieren

Embryo's

Uitkomen

Kuikens

Kip

Maak opdracht 1

Maak opdracht 4

Beweging

Ontwikkeling

Uitscheiding

Voeding

Voortplanting

Maak opdracht 6

De levensfasen van de mens

Een levesnsfase is een periode met bepaalde kenmerken die bij die fase horen: de levensfasen van de mens zijn: 

Lichamelijke groei en ontwikkeling

Groei: groter en zwaarder worden. Stopt ongeveer op 18 jarige leeftijd. De verhoudingen tussen de verschillende lichaamsdelen verandert. 

Ontwikkeling: leren staan, leren lopen, enz. 

Geestelijke ontwikkeling

Begint bij de geboorte en eindigt als je doodgaat: leren lezen, schrijven, praten, auto rijden, werken, omgaan met nieuwe dingen, enz. 

Embryo en foetus

Tijdens de zwangerschap.

Groei en ontwikkeling in de baarmoeder

Baby

Van 0 tot 1,5 jaar

Leert zitten, staan, lopen, reageren op mensen, blokjes oppakken, met voetjes spelen, enz. 

Peuter

1,5 tot 4 jaar

Leert: traplopen, tegen een bal schoppen, met lepel eten, praten, torentje bouwen

Kleuter

4 tot 6 jaar

Leert fietsen, klimmen, tekenen, samenspelen, veters strikken, enz

Schoolkind

6 tot 12 jaar

Leert lezen, schrijven, rekenen, enz. 

12 tot 16 jaar

Secundaire geslachtskenmerken.

Voortplantingsorganen starten.

16 tot 21 jaar

Leert zelfstandig te worden

Puber     

Adolescent

Volwassene

21 tot 65

Werkt/krijgt kinderen/ betaalt belasting 

Oudere

Vanaf 65 jaar

Hebben soms verzorging nodig

Maak opdracht 2

Maak opdracht 5

Dood en levenloos

Alle organismen gaan dood. Een dood organisme heeft geen levenskenmerken meer. Het kan niet meer ademhalen, groeien of bewegen. Vroeger kon het die dingen wel. Ook delen van een organisme kunnen dood zijn: gevallen bladeren van een boom, je haren, je nagels. 

Levenloos

In de natuur zijn ook dingen die nooit hebben geleefd. 

Zoals een steen. Dingen die nooit hebben geleefd, 

noem je levenloos. Levenloze dingen hebben geen

levenskenmerken gehad. Ze zullen die ook nooit krijgen.

Voorbeelden van levenloze dingen zijn:

• lucht, • steen,  • water

Levenloze dingen zijn belangrijk voor organismen. Zonder lucht en water kun je niet leven.

Levenskenmerken

Levend: Je vertoont deze kenmerken
Dood: Je vertoont deze kenmerken niet meer
Levenloos: Je hebt deze kenmerken nooit gehad

Maak opdracht 7

Maak opdracht 8

Maak opdracht 9

Maak opdracht 10

TADAAA
Kan ik de levenskenmerken opnoemen?

Ja, alle 9

Ja, maar ik moet er wel over nadenken

Nee, niet 9 maar wel veel

Hooguit 3

Levensken watte?

TADAAA
Kan ik de levensfasen van de mens noemen met de gemiddelde leeftijden en voorbeelden van ontwikkeling geven?

Ja, makkie

Ja, maar ik moet er wel over nadenken

Nee, niet allemaal, maar ik kan wel een plaatje invullen

Hooguit 3

Levensfasen? wat is dat?

Vragen

Wat is een voorbeeld van een organisme?

1. Gist (schimmel)
2. Koala (dier)
3. Paardenbloem (plant)
4. Alle antwoorden zijn goed

Wat zijn levenskenmerken?

1. hoe groot en zwaar een organisme is
2. kenmerken van een levend organisme
3. de ontwikkeling van een organisme
4. kenmerken van een dood organisme

Wat is GEEN levenskenmerk?

1. Ademhalen
2. Slapen
3. Groeien
4. Voortplanten

Wat houdt stofwisseling in?

1. Stoffen worden omgezet in andere stoffen buiten het lichaam
2. Stoffen worden omgezet in andere stoffen binnen het lichaam

Een levensloop is ....

1. Van geboorte tot dood
2. Een cyclus die continu door gaat

Wat stelt het
plaatje voor?

1. Levensloop
2. Levenscyclus

Wat is stofwisseling?

1. Uitscheiding, ademen en voeden
2. ademen en bewegen
3. voortplanten en waarnemen

Als een organisme groeit, dan verandert de .............. van het organisme

1. Bouw
2. Grootte
3. Kleur
4. Vorm

Wat zijn levenskenmerken?

1. hoe groot en zwaar een organisme is
2. kenmerken van een levend organisme
3. de ontwikkeling van een organisme
4. kenmerken van een dood organisme