Herhaling hoofdstuk 1 stoffen en mengsels + quiz

Herhaling hoofdstuk 1 
Stoffen en mengsels
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Herhaling hoofdstuk 1 
Stoffen en mengsels

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we vandaag doen?
  • Herhaling hoofdstuk 1
  • Quiz 
  • Practicum

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doel van de les
Aan het einde van de les heb je het hoofdstuk herhaald.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stoffen ordenen

Stoffen kun je herkennen aan stofeigenschappen.

Deze kun je gebruiken om stoffen te onderscheiden.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stoffen ordenen
  • Stoffen kun je herkennen aan stofeigenschappen.
  • De stofeigenschappen bepalen waarvoor je de stof gebruikt. 
  • Dit zijn geen stofeigenschappen:
    temperatuur
    volume
    massa
  • Waarom niet?

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dichtheid
Omdat die stofeigenschap belangrijk is heeft het een eigen naam gekregen: de dichtheid.

De dichtheid van een stof is de massa van 1 cm3 stof.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dichtheid is massa in gram van 1 cm3
Grootheid is dichtheid
Eenheid is g/cm3
BINAS
In Binas tabel 15 en 16 kun je de dichtheid van verschillende vaste stoffen en vloeistoffen vinden.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dichtheid
Dichtheid:
geeft aan wat de stof per volume weegt. (g/cm3)
                 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

fase overgangen
Als stoffen naar verschillende fases gaan noem je dit faseovergangen.

Elke faseovergang kost energie of er komt energie bij vrij.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Faseovergangen

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Celcius VS Kelvin

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


  • bestaat uit 1 soort deeltjes (moleculen)
  • dus smeltpunt (=stolpunt) + kookpunt 
  • temperatuur constant bij faseovergang


  • bestaan uit meerdere stoffen/moleculen door elkaar 
  • dus een smelt- en kooktraject
  • temperatuur niet constant bij faseovergang
            Zuivere stoffen       en        Mengsels               

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt aan de hand van een smeltdiagram uitleggen wat het kooktraject van een mengsel is.
Mengsel


bij een mengsel heb je een: smelttraject, stoltraject of kooktraject

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oja, mengsels..

Wat is een mengsel?

Wat voor mengsels ken je?

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oplossing
  • Een stof in een vloeistof 
  • helder (kan kleur hebben)
  • kunt er doorheen kijken
  • Als je het mengsel laat staan, zal die zo blijven.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Suspensie
  • Vaste stof in een vloeistof.
  • troebel
  • Kunt er niet door heen kijken.
  • Lost niet op.
  • Vaste stof zakt vaak naar beneden.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Emulsie en emulgator
  • Vloeistof in een vloeistof.
  • troebel (wanneer proberen te mengen)
  • gaat snel weer terug in 2 lagen.
  • tweelagensysteem

  • Emulgator laat een emulsie mengen.
  • zeep, eigeel

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

pH = zuurgraad

Slide 19 - Diapositive

Met pH-schaal wordt aangegeven hoe zuur of basisch een stof is.
Zuur: pH tussen 0 en 7. 
Basisch: pH tussen 7 en 14

Hoe verder van de 7, hoe zuurder of hoe basischer een stof is. 
pH waarden van 0-14
zuur heeft een pH van 0 tot 7
neutraal heeft pH 7
basisch heeft een pH vanaf 7 tot 14

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep de letter naar de juiste betekenis
vaste fase
vloeibare fase
gasvormige fase

(l)
(s)
(g)

Slide 21 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep de naam van de faseovergang naar de gebeurtenis.
Water verandert in ijs
Waterdamp verandert in druppels
IJs verandert in water
Water verandert in damp
Condenseren
Bevriezen

Smelten

Verdampen

Slide 22 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Smelten
Stollen
Rijpen
Vervluchtigen
Verdampen
Condenseren

Slide 23 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Diagram 1
Diagram 2
Diagram 3
Diagram 4
Kookpunt
Stolpunt
Kooktraject
Stoltraject

Slide 24 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Uit welke twee soorten stoffen bestaat een emulsie meestal
A
Water en kleurstof
B
Olie en zeep
C
Zeep en water
D
Olie en water

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions