les 11- slavenopstanden

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Thema 4

Het slavernijverleden van Nederland

Slavenopstanden

Les 11

Wat zou je doen?
Amistad

mee doen

niet mee doen

Wat zou je doen?
Haiti

meedoen

niet meedoen

slavenopstand in de kolonie

muiterij op de schepen

Wat gaan we doen?

1. Inleiding (al gedaan)
2. Hoofdvraag
3. Uitleg
4. Opdracht
5. Nabespreking
6. Afsluiting

Hoofdvraag

Welke rol speelden de slavenopstand in Curaçao een rol in de afschaffing van slavernij?

Uitleg

Tijdbalk

1600    Trans-Atlantische slavenhandel komt op gang

1621    WIC opgericht

1630    Inname Portugees-Brazilie (NL krijgt plantages)

1634    NL neemt Curaçao over. Wordt uitvalsbasis WIC en 

              slavenhandel

1667    Suriname overgenomen. Slavenhandel neemt een vlucht

1700    Verlichtingsdenken / Abolitionisme komt op

1789    Slavenopstand Haiti

Haiti (1789)

slavenopstand op basis van Verlichting ideeen en nav jaren onderdrukking. 

Eerste keer dat er op zo'n grote schaal en georganiseerd een opstand plaatsvond. Liep uit op een bloedbad

Onder leiding van Francois-Dominique Toussaint Louverture wisten de opstandelingen de kolonialisten te verslaan. 

De revolutie was een succes voor de slaafgemaak-ten. Zij wisten de Fransen weg te vechten en nemen het bestuur van het eiland over. 

De verhalen over de Haïtiaanse Revolutie gaan als een lopend vuurtje en komen al snel ook bij andere koloniën terecht. Zij worden erdoor geïnspireerd...

Zo ook in Curacao...

De meeste Nederlanders maakten zich echter nog geen zorgen.  De situatie in Curaçao was goed vergeleken met andere koloniën, men durfde zelfs de werktijden van de slaafgemaakten te verlengen. Een grote fout...

Opdracht 1

In 1795 brak er ook op Curaçao een 

opstand uit. Maar wat gebeurde er?

Zoek op internet informatie over de slavenopstand op curacao en beantwoord de basis-vragen. 

Opdracht 2

Nu je de feiten weet, gaan we kijken 

naar verschillende perspectieven. 

• Lees de drie fragmenten.
• Onderstreep de feiten en omcirkel de meningen. 

Opdracht 3

Herschrijf één van de fragmenten in het tegenovergestelde perspectief: die van rebellenleider Tula. 

Nabespreken

Fragment 1

Fragment 2

Fragment 3

Wat maakt de mening van Tula anders dan die van Gerardus Baltazar Bosch?

Afsluiting

• Wat heb je vandaag geleerd?
• Zijn er nog vragen?