Cette leçon contient 27 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Grammatica en lezen
Slide 1 - Diapositive
Voorzetselvoorwerp
Een voorzetselvoorwerp is een zinsdeel dat begint met een voorzetsel. Dat voorzetsel hoort bij het gezegde van de zin. Voorbeelden zijn: zorgen voor, geloven in, denken aan, verlangen naar, zich verheugen op.
Slide 2 - Diapositive
Jan struikelt over het speelgoedautootje.
• ‘Struikelen over’ is een vaste combinatie. Het zinsdeel ‘over het speelgoedautootje’ is hier het voorzetselvoorwerp.