opvoedstijlen

• Zorg en Welzijn
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

Tijdens de les:

Doe actief mee!

Geen telefoons zichtbaar aanwezig in de klas.

Vragen? Steek je hand op!!

Keuzevak welzijn kind en jongere

Leerjaar 3

Periode 1

Thema: opvoedstijlen

Competentie: zelfstandig werken en leren

Lesdoelen

Aan het einde van de les:

basis en kader

- heb je een eigen mening gevormd over opvoeden

- kun je de verschillende opvoedstijlen benoemen

Lesplanning

filmpje meningen en eigen ervaringen jongeren (12 min)

Filmpje opvoedstijlen (8 min)

Theorie opvoedstijlen

Stellingen

Invloeden bij opvoeding 

1. Het kind
2. De omgeving
3. Cultuur
4. De opvoeder 
5. Verschillende opvoedingsstijlen 

     

Opvoedstijlen

• Autoritair
• Laisser-faire
• Democratisch
• Verwaarlozend

Autoritaire opvoedstijl

• Veel regels
• Ouder is de baas
• Kind gehoorzaamt.
• Accepteren geen weerwoord.
• Straffen.

• Voordeel/nadeel?

Voordeel

• Kind weet precies waar hij aan toe is.
• Regels zijn duidelijk.
• Er is structuur en overzicht.

Nadeel

• Kind ontwikkelt weinig of geen zelfstandigheid en weinig zelfvertrouwen.
• Kind krijgt negatief zelfbeeld.
• Weinig uitdaging om een eigen mening te vormen.
• Kind leert te volgen, staat daarmee open voor verkeerde ideeën of mensen met slechte bedoelingen. 
• (angst, agressie, opstandig, volgzaam)

Laisser-Faire

(lessee-fer)

• Stellen weinig regels en grenzen.
• Geen structuur en duidelijkheid.
• Weinig controle, veel vrijheid.
• geven liefde.

Voordeel/nadeel?

Voordeel

• Kind en ouder gelijkwaardig.
• Weinig conflicten.

Nadeel

• Kind verwend.
• Leert geen grenzen kennen.
• Leert niet rekening te houden met anderen.
• Leren emoties niet beheersen.

Democratische opvoedstijl

• Leiden met liefde.
• Rekening houden met ontwikkeling en interesses van het kind.
• Overleggen en onderhandelen is mogelijk.
• Nadruk op zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

Voordeel/nadeel?

Voordeel

• Stimuleert zelfvertrouwen en zelfstandigheid kind.
• Wederzijdse openheid.
• Leren al vroeg samenwerken en tot goede afspraken komen.
• Leren een eigen mening te vormen.
• Worden vaak hulpvaardig en kunnen goed met andere samen spelen.

Nadeel

• Kost tijd en energie (argumenten).
• Geduld nodig.
• Mening ouder en kind komt niet altijd overeen.
• kind zal niet meteen gehoorzamen, wil argumenten horen.

Verwaarlozende opvoedstijl

• Weinig of geen regels.
• weinig steun, geborgenheid, veiligheid
• Kind aan lot overgelaten.
• Houden geen rekening met interesses en ontwikkeling .
• Geen band met het kind.

Voordeel/nadeel?

Voordeel

• Ouder heeft veel tijd voor zichzelf

Nadeel

• Kind leert niets.
• Kind voelt zich eenzaam, in de steek gelaten en niet geliefd.
• Kind wordt onzeker en terug getrokken.
• Vertonen onwenselijk gedrag (ouders controleren niet)
• Kans op ontsporen is groot.

Opvoedingsstijlen van zeer streng naar erg los:

1.  Autoritair.
2. Democratisch.
3.  Laisser-Faire.
4. Verwaarlozend.

Cultuurverschillen in de opvoeding.

• Cultuur is het geheel van waarden en normen die mensen aan elkaar overdragen.
• Waarden: gaat over wat je belangrijk vindt.
• Normen: de manier waarop je de waarden naleeft. dit zijn gedragsregels die gebaseerd zijn op een waarde.

Cultuurverschillen in de opvoeding.

In verschillende culturen zijn andere waarden belangrijk.

In de Nederlandse cultuur staat opkomen voor jezelf en een eigen mening geven voorop..

Terwijl in een andere cultuur prestatie veel belangrijker is. 

Wanneer ouders gevlucht zijn of armoede hebben gekend zullen zij deze ervaringen meenemen in de opvoeding.

Daarnaast zijn er gezinnen waar kinderen meertalig opgevoed worden.

Kijken

Aflevering van "De opvoeders"

Onderwerp: zelfstandigheid.

www.npostart.nl

Nabespreken

Stelling 2:
Als pedagogisch werker/onderwijsassistent is het jou taak om kinderen te vermaken.

Ja

Nee

Stelling 1:
Kinderen moeten altijd luisteren, dat moeten ze maar leren

JA

Nee

Stelling 3:
Het belangrijkste doel van opvoeden is dat kinderen gelukkig zijn.

Ja

Nee

Stelling 4:
Beeldschermtijd moet voor kinderen beperkt worden tot 60 minuten per dag.

Ja

Nee

Stelling 5:
De relatie tussen opvoeder en kind is gelijkwaardig.

Ja

Nee

Stelling 6
De school/opvang heeft een taak in de opvoeding.

Ja

Nee

Stelling 7:
Kinderen moeten gewoon doen wat je van ze vraagt.

Ja

Nee

Stelling 8:
Regels zijn noodzakelijk en moeten strikt worden nageleefd

Ja

Nee

Reflectie

Lesdoelen behaald?

- Heb je een eigen mening gevormd over opvoeden?

- Kun je de verschillende opvoedstijlen benoemen?

Feedback voor de docent.

😒🙁😐🙂😃