1.4 Leven langs de Nijl

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t, havo
• Leerjaar 1

1.4 Leven langs de Nijl

Lesdeel 1

Lesvolgorde

Herhaling

Theorie §1.4

Maken opdracht 1 t/m 5. Ben je klaar? Nakijken en in stilte iets voor jezelf.

Wat weet je nog over de vorige les?

Welk begrip hoort bij de omschrijving?
Iets moois maken.

1. Cultuur
2. Aanzien
3. Kunst
4. macht

Jagers en boeren hadden...........bezittingen dan jagers en verzamelaars

1. meer
2. minder

Wat is een natuurgodsdienst?

Welke beschrijving hoort bij het begrip: kenmerkend aspect

1. Denken en doen van een groep mensen
2. Verschillen tussen mensen en groepen in de samenleving

Lezen 1.4 Vruchtbare grond en Markten

De Nijl "geschenk van de goden"

• Nijl Delta 
• De Nijl zorgde voor water.
• De Nijl zorgde voor vruchtbare modder.
• De Nijl kon men gebruiken voor irrigatie (daardoor ging het heel goed met Egypte

Markten

• Nijl en de irrigatie zorgden voor voedseloverschotten.
• Niet iedereen meer nodig voor de landbouw.
• Specialisatie van beroepen
• Begin van ambachten
• Ruilhandel
• Markten

Oorzaak: Waarom lag en markt langs de Nijl?

Omschrijf het begrip ambacht.

Wat heb je geleerd over de Nijl?

Lesvolgorde:

Maken opdracht 1 t/m 5. Ben je klaar? Nakijken en in stilte iets voor jezelf.

1.4 Leven langs de Nijl

Lesdeel 2

Lesvolgorde

Herhaling

Theorie §1.4

Maken opdracht 6 t/m 10. Ben je klaar? Nakijken en in stilte iets voor jezelf.

Welk begrip wordt hier omschreven?
Beroep waarbij iemand producten maakt met zijn handen en gereedschap

1. Ambacht
2. Sociaal
3. Handel
4. Cultuur

Waarom lag een markt langs de Nijl?

Sommige mensen gingen alleen producten kopen, verkopen en vervoeren. Hoe noemen we zo iemand?

Lezen 1.4 Lezen steden en Egypte wordt één staat

Steden

• Rond 3500 v.C. ontstonden de eerste steden in Egypte;
• Oorzaak --> Landbouw, ambacht en handel zorgden voor rijkdom;
• Oorzaak 2 --> Er kwamen meer ambachtslieden en handelaren die bij markten gingen wonen;
• Landbouwstedelijke samenleving: samenleving met steden waar een minderheid van de bevolking leeft van ambachten en handel, terwijl de meeste mensen op het platteland leven van landbouw. 

Egypte wordt één staat

• Samenwerking was belangrijk! 
• Er ontstonden bestuurders met macht over de boeren en lieten zich betalen (belasting);
• Er ontstonden vorsten en staten;
• Boven-Egypte en Beneden-Egypte, ofwel koninkrijken (staten met een koning);
• Egypte werd één staat met een koning (farao). Er was nu een volk en moesten allemaal gehoorzamen (onderdanen).