HV2 BIO Thema 5 BS 1 - 2 - 3 - 9

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Welkom bij de 1-ste digi-les

Samen met de docent of zelf?

- de eerste bladzijden van dit hoofdstuk bekeken [samen]

-  nu zelf aan de slag!

- volg de instructies nauwkeurig

- ter ondersteuning zijn er weer filmpjes toegevoegd.

- Kijk ze helemaal af. Maak evt. aantekeningen.

Voortplanting

1. ongeslachtelijk

• nakomelingen hebben dezelfde erfelijke eigenschappen als de  ouder
• knollen / bollen / uitlopers / knopvorming / deling / sporen
  

2. geslachtelijk

• nakomelingen hebben erfelijke eigenschappen van beide ouders : er ontstaat een nieuw genotype
  

erfelijke eigenschappen

1. genotype

• alle informatie voor de erfelijke eigenschappen in het DNA [chromosomen] in de kern van een lichaamscel

2.fenotype

• alle zichtbare eigenschappen van een organisme
• deze zijn tot stand gekomen door

      - genotype + invloeden vanuit de omgeving/milieu

lichaamscellen  /geslachtscellen

1. lichaamscellen hebben 23 paren chromosomen = 46 chromosomen
2. geslachtscellen hebben 23 chromosomen [enkelvoudig]

• van elk paar de helft

Bij bevruchting komen de enkelvoudige chromosomen bij elkaar en vormen weer paren. Hierbij ontstaat dus een nieuw genotype.

BS 1

genotype

fenotype

Lees TB p. 8 - 9- 10 - 11

- weet het verschil tussen beide woorden

Maak nu:

- opdracht 1 - 2 - 3

WB p. 6 t/m 9

BS 2

chromosomen

gen / genen

allel / allelen [enkelvoudig of in paren]

geslachtscellen / lichaamscellen

chromosomen bij de bevruchting

allel / allelen

Elk allel bevat informatie over 1 eigenschap.

Van elk soort allel [gen]heb je er twee:

- 1 van de "vader"

- 1 van de "moeder"

chromosomen bij de bevruchting

De zaadcel heeft de helft van de informatie, meegekregen van de "vader"

De eicel heeft de helft van de informatie, meegekregen van de "moeder"

23 + 23 chromosomen = 46 chromosomen

gewone celdeling

Een lichaamscel:

de chromosomen maken een kopie van zichzelf en verdelen zich over twee plekken in de "moedercel"

Een lichaamscel:

De "moedercel" splitst zich in twee "dochtercellen"

De twee "dochtercellen" groeien en worden even groot als de moedercel.

De dochtercellen zijn precies als de moedercel!

Lees TB p. 12 t/m15

Maak nu:

- opdracht 4 t/m 7

WB p. 10 t/m 13

BS 3

allel

geslachtelijke voortplanting

ongeslachtelijke voortplanting

tweelingen: 1-eiig / 2-eiig

Lees TB p. 16 t/m 19

vorming zaadcellen/eicellen

Een geslachtscel heeft van elk soort één allel.

Hier zie je een voorbeeld van verschillende mogelijkheden in een zaadcel.

Maak nu:

- opdracht 8 - 9 - 10

WB p. 14 t/m 16

Nu volgen er nog een paar filmpjes.

- Mens en lichaam: "erfelijkheid", 15 min.

- Genotype / Fenotype, 7  min.

- de basis van erfelijkheid, 5 min.

https:

EBS 9

homozygoot / heterozygoot

dominant / recessief

gensymbolen

Lees TB p. 52 - 53

- en nog een filmpje voor de laatste begrippen...

Maak nu:

- opdracht 29 - 30

WB p. 35 t/m 36

Dit was de eerste les ...

- Leer alles wat je gehad hebt van dit thema

voor de volgende les.

- BS 1-2-3-9

- Je hebt opdracht 1 t/m 10 + 29 + 30 gemaakt.