lengte, gewicht, inhoud
1 / 11
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
9 kg = ..... g
Slide 2 - Question ouverte
3,1 L = ..... cL
Slide 3 - Question ouverte
4 mm = ..... cm
Slide 4 - Question ouverte
5 600 kg = ..... t
Slide 5 - Question ouverte
150 mg = ..... kg
Slide 6 - Question ouverte
5400 ml = ..... L
Slide 7 - Question ouverte
Suzet meet de breedte van een schilderij.
Wat is de breedte van het schilderij in meter?
Wat is de breedte van het schilderij in meter?
Slide 8 - Question ouverte
George vervoert 9 zakken zand met een aanhangwagen. De aanhangwagen weegt zonder lading 0,5 t.
Hoeveel kilogram weegt de aanhangwagen met zand?
Hoeveel kilogram weegt de aanhangwagen met zand?
Slide 9 - Question ouverte
Roy maakt pompoensoep.
Hoeveel kilogram pompoen heeft Roy nodig voor 10 personen?
Hoeveel kilogram pompoen heeft Roy nodig voor 10 personen?
Slide 10 - Question ouverte
Jerome moet 96 koffiekopjes vullen.
Hoeveel volle thermoskannen koffie heeft Jerome nodig?
Hoeveel volle thermoskannen koffie heeft Jerome nodig?
