H1 Oefentoets Iran en atlasvaardigheden HSX

Oefentoets
1 De oefentoets gaat via LessonUp
2 Gebruik je eigen naam
3 Het is géén wedstrijd.
4 Je mag een kladblaadje gebruiken als hulpmiddel
5 Tijdens de toets ben je stil.




1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Oefentoets
1 De oefentoets gaat via LessonUp
2 Gebruik je eigen naam
3 Het is géén wedstrijd.
4 Je mag een kladblaadje gebruiken als hulpmiddel
5 Tijdens de toets ben je stil.




Slide 1 - Diapositive

01 Een kaart heeft een schaal van
1: 800000. Hoeveel kilometer is 1 cm op de kaart in werkelijkheid?
A
8
B
80
C
800
D
8000

Slide 2 - Quiz

02 Een kaart heeft een schaal van
1: 500 000. De afstand tussen twee plaatsen op de kaart is 4,5 cm. Hoe groot is die afstand in werkelijkheid?

Slide 3 - Question ouverte

Bekijk deze figuur en beantwoord de vragen op de volgende dia's.

Slide 4 - Diapositive

03 Ligt punt 1 op noorderbreedte of op zuiderbreedte?
A
Noorderbreedte
B
Zuiderbreedte

Slide 5 - Quiz

04 Hoe heet de breedtecirkel waarop punt 3 ligt?

Slide 6 - Question ouverte

05 Ligt punt 5 op het westelijk of op het oostelijk halfrond?
A
westelijk halfrond
B
oostelijk halfrond

Slide 7 - Quiz

06 Wat geeft punt 4 aan?

Slide 8 - Question ouverte

07 Welk schaalniveau past bij deze kaart?
A
Lokaal
B
Regionaal
C
Nationaal
D
Continentaal

Slide 9 - Quiz

08 Welk schaalniveau past bij deze kaart?
A
Lokaal
B
Regionaal
C
Nationaal
D
Continentaal

Slide 10 - Quiz

09 Welk schaalniveau past bij deze kaart?
A
Lokaal
B
Regionaal
C
Nationaal
D
Continentaal

Slide 11 - Quiz

12 Wat is een legenda?
A
De uitleg hoe je de kaart kunt gebruiken.
B
De verklaring van de kleuren, tekens en symbolen op de kaart.
C
Een beschrijving van de plaatsen op de kaart.
D
Hokjes onder de kaart waarin de gebruikte kleuren staan.

Slide 12 - Quiz

13 In sommige delen van Iran wonen heel weinig mensen. In welk gebied wonen de minste mensen?
A
In het noorden van Iran
B
In het oosten van Iran
C
In het zuiden van Iran
D
In het westen van Iran

Slide 13 - Quiz

14 Leg uit waarom daar zo weinig mensen wonen.

Slide 14 - Question ouverte

15 Noteer het juiste begrip bij de volgende omschrijving:
"De verdeling van mensen over een land of gebied"

Slide 15 - Question ouverte

16 Noteer het begrip bij de juiste omschrijving:
" Kaart die over één onderwerp gaat"

Slide 16 - Question ouverte

17 Twee uitspraken:

I Het zuiden van Teheran bestaat uit allerlei kronkelige straatjes
II De modernste gebouwen vind je in het noorden van Teheran.


A
I en II zijn beide goed
B
I en II zijn beide fout
C
I is goed en II is fout
D
I is fout en II is goed

Slide 17 - Quiz

18 Welke uitspraak is goed?
A
De nulmeridiaan verdeelt de aarde in een oostelijk en een noordelijk halfrond.
B
Nederland ligt op noorderbreedte en westerlengte.
C
Gebieden rondom de evenaar liggen op hoge breedte.
D
Iran heeft meer reliëf dan Nederland

Slide 18 - Quiz

19 In welke plaatsbepaling zit een fout?
A
48° NB, 3° OL
B
2° ZB, 125° WL
C
95° NB, 15° OL
D
16° NB, 40° WL

Slide 19 - Quiz

20 Wat is de beste manier om een onbekende plaats in de atlas te vinden?
A
De bladwijzer van de atlas bekijken.
B
In de inhoudsopgave kijken.
C
In de legenda voor in de atlas kijken.
D
In het register van topografische namen kijken.

Slide 20 - Quiz